073 720 02 00

Alles over een dwangsom

Bijgewerkt op Geen categorie

De overheid heeft verschillende manieren om ervoor te zorgen dat iedereen zich aan de regels houdt en dat overtredingen ongedaan gemaakt worden. Dit kan bijvoorbeeld door het opleggen van een dwangsom. Ook heeft u als burger of bedrijf mogelijkheden om ervoor te zorgen dat de overheid zelf de regels naleeft, zoals tijdig een beslissing neemt. Dat kan door een beroep op de Wet dwangsom bij niet tijdig beslissen.

Maar wat is een dwangsom? En wanneer is de Wet dwangsom van toepassing en hoe doet u een beroep op die wet? Mr. Annnemarie Posset legt het u uit.

Wat is een dwangsom?

Een dwangsom wordt voluit ook wel “last onder dwangsom” genoemd. Dit betekent twee dingen:

  1. De overheid legt u een last tot het ongedaan maken/ herstellen van een overtreding op, en
  2. U bent verplicht een geldbedrag te betalen wanneer u de last niet of niet tijdig uitvoert.

De bedoeling van het opleggen van een dwangsom is dus dat de overtreding van een regel of voorschrift wordt beëindigd. Een dwangsom wordt daarom ook wel een herstelsanctie genoemd. De dwangsom is gericht op het herstellen van de rechtmatige situatie en is niet bedoeld als sanctie/ straf. De overheid heeft enige vrijheid bij het bepalen van de hoogte van de dwangsom. Het bedrag moet hoog genoeg zijn, zodat er een prikkel tot het ongedaan maken van de overtreding uitgaat, maar het geldbedrag moet ook in verhouding tot de overtreding staan.

Een last onder dwangsom moet aan een aantal voorwaarden voldoen. Allereerst moet er in zijn opgenomen welke rechtsregel u overtreedt en wat u exact moet doen om de overtreding te beëindigen. Ook moet in de last onder dwangsom de termijn zijn opgenomen waarbinnen u de overtreding ongedaan moet maken. Dit is de begunstigingstermijn. Tenslotte moet in de last zijn opgenomen wat de hoogte van de dwangsom is als u de overtreding niet beëindigt.

De overheid mag dus niet zomaar een dwangsom opleggen. Er zijn veel voorwaarden aan verbonden. Meent u dat ten onrechte aan u een last onder dwangsom is opgelegd? Dan kunt u altijd bezwaar maken.

Wet dwangsom bij niet tijdig beslissen

Niet alleen burgers en bedrijven moeten zich aan de regels houden, ditzelfde geldt ook voor de overheid. Om ervoor te zorgen dat de overheid tijdig besluiten neemt is in 2009 de Wet dwangsom bij niet tijdig beslissen in werking getreden, ook wel de Wet dwangsom genoemd. Reden voor deze wet is dat het nemen van beslissingen door de overheid vaak (te) lang duurden en beslistermijnen vaak werden overschreven.

De overheid moet binnen een vastgestelde termijn een besluit nemen. Deze termijn staat meestal in de wet of in een regeling. Als er geen wettelijke termijn is gesteld, dan geldt ‘een redelijke termijn’. Dit is een term die in de Algemene wet bestuursrecht is opgenomen en deze redelijke termijn bedraagt acht weken.

Als de overheid niet binnen de vastgestelde termijn beslist, geldt de Wet dwangsom en heeft u recht op een dwangsom van de overheid. Dat is een vastgesteld geldbedrag. Voordat u recht heeft op dat geldbedrag moet u eerst de overheid ‘in gebreke stellen’. Dat betekent dat u per brief moet laten weten dat de overheid een besluit moet nemen en dat de termijn daarvoor verstreken is. De overheid moet dan binnen twee weken alsnog een besluit nemen. Als die termijn voorbij is zonder dat er een besluit is genomen, dan heeft u recht op een dwangsom.

Hoogte dwangsom bij niet tijdig beslissen

In de Wet dwangsom is de hoogte van de dwangsom vastgelegd:

  • € 23 per dag voor de eerste 2 weken;
  • € 35 per dag voor de volgende 2 weken;
  • € 45 per dag voor de overige dagen.

De overheid is voor maximaal 42 dagen een dwangsom verschuldigd en het totaalbedrag is  maximaal € 1442,-.

Snijders Bestuursrecht voor advies

Heeft u een last onder dwangsom ontvangen? Of duurt het lang voordat de overheid een besluit neemt op uw aanvraag? Misschien is de wet dwangsom van toepassing en is de overheid een dwangsom verschuldigd. Vraag ons om advies, wij zoeken het graag voor u uit! Neem vrijblijvend contact met ons op.

Vraag & antwoord

Veelgestelde vragen

Ja, dit is opgenomen in artikel 915 van de Wet franchise. Daaruit volgt dat de franchisenemer “binnen de grenzen van redelijkheid” de “nodige maatregelen” dient te treffen om te voorkomen dat hij onder invloed van onjuiste veronderstellingen overgaat tot het sluiten van de franchiseovereenkomst.

Nee, de Wet franchise kent die verplichting niet. Wel dient er een omvangrijk PID verstrekt te worden.

De Wet franchise is niet duidelijk op dit punt. Er wordt in de Wet franchise bij deze zogenaamde “multiple franchising” wel een uitzondering voor de stand-still periode gemaakt, maar niet voor het verstrekken van de PID zelf.


Lees meer

In de Wet franchise wordt dit niet specifiek benoemd. Je zou kunnen aannemen dat de fase voor verlenging niet als een voorfase kan worden beschouwd en de precontractuele informatieverplichting (waaronder het verstrekken van de PID) niet van toepassing is. De franchisenemer die al vijf jaar de betreffende locatie heeft geëxploiteerd kent de franchiseorganisatie en de kosten en opbrengsten van de exploitatie van zijn/haar vestiging.


Lees meer

Volgens de Wet Franchise moet de franchisegever alle informatie verstrekken waarvan de franchisegever moet begrijpen dat die van belang is voor de kandidaat. Aan de andere kant is het ook zo dat er ook een onderzoekplicht is van de kandidaat. Als de aspirant-franchisenemer zelf geen onderzoek doet is dat voor diens risico.


Lees meer

Nee, de wet is heel strikt in deze 4 weken en de rechtspraak gaat hier vooralsnog in mee. Dit kwam naar voren in het kort geding van de rechtbank Midden-Nederland d.d. 30 juni 2021. De rechter overwoog (onder meer) dat in artikel 7:913 en 7:914 BW besloten ligt dat er met het verstrekken van de precontractuele informatie door de franchisegever een aanbod wordt gedaan aan de beoogde franchisenemer om op basis van de bijgevoegde ontwerp franchiseovereenkomst een franchiseovereenkomst te sluiten. Het is vervolgens aan de beoogde franchisenemer om zich te beraden of hij dit wil of dat hij nog verder wil onderhandelen met de franchisegever. De franchisegever kan in deze termijn alleen maar afwachten. Het is de franchisenemer die aan zet is.

De stand-still periode duurt 4 weken. Dit is een verplichte bedenktijd voor het sluiten van de franchiseovereenkomst. Tijdens deze periode mogen er geen wijzigingen worden doorgevoerd ten nadele van de aspirant franchisenemer. Bedoeling van deze periode is dat de kandidaat alle gelegenheid heeft om alle informatie goed te bestuderen en ook om nader onderzoek te doen. Dit moet er voor zorgen dat een kandidaat goed nadenkt en in alle rust een weloverwogen beslissing kan nemen.

Dit document wordt aan het begin van de stand-still periode door de franchisegever overhandigd aan de kandidaat franchisenemer. De PID is een erg uitgebreid document. De PID bevat namelijk alle informatie bevat die tussen franchisegever en kandidaat is uitgewisseld. De franchisegever moet hier heel zorgvuldig mee omgaan. Het ontbreken van informatie kan aanleiding zijn tot claims van de franchisenemer. De PID moet alle informatie bevatten waarvan de franchisegever moet begrijpen dat die van belang kan zijn voor de aspirant franchisenemer.

Nee. Indien uw zaak op toevoegingsbasis behandeld kan worden, kunt u het beste contact opnemen met het Juridisch Loket. Zij helpen u bij het vinden van een advocaat die op deze basis werkt.

De gemiddelde werving en selectie fee in Nederland ligt tussen de 20% en 30% van het bruto jaarsalaris (inclusief vakantiegeld en overige emolumenten). De exacte hoogte is afhankelijk van de complexiteit van de zoekopdracht, de branche en de schaarste op de arbeidsmarkt.


Lees meer

Bent u op korte termijn op zoek naar juridische professionals voor een Interim opdracht of juist op basis van werving & selectie? Bij Snijders Interim bent u aan het juiste adres. Bij Snijders Interim Community zijn de beste juridische professionals uit de markt aangesloten. Of u nu op zoek bent naar een jurist, advocaat, Legal Counsel of bedrijfsjurist op junior, medior of senior level, wij staan u graag bij in uw zoektocht. Laat het ons weten en we komen graag bij u op bezoek om onze dienstverlening verder toe te lichten

Wie stelt moet bewijzen, dat is de hoofdregel van ons burgerlijk procesrecht. Maar wat nu als u een geschil heeft met een andere partij maar u uw stellingen niet (voldoende) kunt onderbouwen? U kunt dan een verzoek indienen tot het houden van een voorlopig getuigenverhoor met als doel het vergaren van extra informatie en bewijs.


Lees meer

Veel werkgevers stellen internet en e-mail aan werknemers ter beschikking. Werknemers gebruiken dat namelijk bij het verrichten van hun werkzaamheden. Soms gebruiken werknemers echter dat internet en die e-mail (tijdens werktijd) voor tal van andere activiteiten, variërend van het lezen van privé e-mail tot het bekijken van pornofilmpjes.


Lees meer

Regelmatig worden wij met de vraag geconfronteerd of een uitlener de door hem aan een ander ter beschikking gestelde werknemers, zoals uitzendkrachten of een gedetacheerde werknemers, kan verbieden om bij de inlener in dienst te treden of dat op een andere manier kan belemmeren. Wij geven antwoord.


Lees meer

Regelmatig stellen werkgevers vragen over de, sinds 1 januari 2015 geldende, aanzegverplichting. De meest gestelde vragen en de antwoorden daarop volgen hieronder.


Lees meer

Als u een geldvordering heeft op een wanbetaler, kunt u beslag laten leggen op een bankrekening. Dat kan door een advocaat te vragen om dit te doen. Alleen advocaten (en dus niet deurwaarders) mogen aan de rechtbank toestemming vragen om conservatoir beslag te leggen.


Lees meer
Lees alle FAQ's
Wij scoren gemiddeld een 8,9 op basis van 54 referenties
Wij scoren gemiddeld een 8,9 op basis van 54 referenties