073 720 02 00

Checklist wet DBA

Bijgewerkt op Geen categorie

Inleiding

De Wet DBA en de afschaffing van de VAR is erg actueel. Er Je kunt geen krant openslaan of er staat wel iets over geschreven. Opdrachtnemers en opdrachtgevers worstelen ermee en zitten met heel veel vragen. De staatssecretaris heeft steeds weer nieuwe Kamervragen te beantwoorden en er is veel kritiek op de Wet DBA. NB In de week van 17 oktober wordt er een online meldpunt ingesteld bij de Belastingdienst, waar opdrachtgevers en opdrachtnemers middels een digitaal formulier melding kunnen doen wanneer zij denken dat de Wet DBA onbedoelde effecten heeft.

Wet DBA schaft VAR af ….

Wat is er precies veranderd door de Wet DBA? Om dit te begrijpen is het belangrijk om even terug te gaan naar de basis en hoe het eerst was geregeld.

Hoofdregel
Als hoofdregel heeft sinds jaar en dag op basis van de Wet op de Loonbelasting 1964 (Wet LB) te gelden dat als een arbeidsrelatie een (fictieve) dienstbetrekking is, er loonheffingen (lees: loonbelasting, premies werknemersverzekering en volksverzekeringen en inkomensafhankelijke bijdrage Zorgverzekeringswet) moeten worden betaald en ingehouden.

Uitzondering
De VAR, die sinds 1 januari 2001 gold, was een uitzondering op die hoofregel. Indien een opdrachtgever beschikte over een VAR-WUO of VAR-DGA van een opdrachtnemer, was de opdrachtgever in principe niet inhoudingsplichtig. De opdrachtgever was dus in beginsel gevrijwaard tenzij de inspecteur fraude of kwade trouw van de opdrachtgever kon bewijzen (hier is nog nooit een inspecteur in geslaagd).

Schijnzelfstandigheid
In de praktijk werden VAR’s automatisch en bijna zonder controle verstrekt. Er ontstond een situatie dat ook als er in feite sprake was van een dienstbetrekking, de opdrachtgever toch gevrijwaard was door de VAR en er geen inhoudingsplicht gold. De zzp’er, die in feite een dienstbetrekking had en een soort schijnzelfstandige was, liep dan alle (financiële) risico’s.
Die scheefgroei heeft de overheid met de Wet DBA willen rechttrekken.

Afschaffing VAR
De overheid heeft dit gedaan door met de Wet DBA de VAR af te schaffen. En dus moet de arbeidsrelatie weer worden beoordeeld aan de hand van de ‘oude’ hoofdregel. Terug naar de hoofdregel Door het afschaffen van de VAR moet er dus nu, teneinde inhoudingsplicht voor loonheffing te voorkomen, worden beoordeeld of er sprake is van een dienstbetrekking. De Wet LB verwijst daarvoor naar het arbeidsrechtelijke begrip ‘dienstbetrekking’. Van een echte dienstbetrekking LB is sprake als aan drie elementen is voldaan, namelijk gezag, loon en persoonlijke arbeid. De Handreiking beoordeling overeenkomsten arbeidsrelaties (Handreiking DBA) bevat het beoordelingskader van de belastingdienst. Let op: ook als een arbeidsrelatie geen dienstbetrekking is, kan er volgens de Wet LB sprake zijn van een fictieve dienstbetrekking en dus van inhoudingsplicht. Tip Sommige fictieve dienstbetrekkingen kunnen uitgesloten worden in de (model) overeenkomst.

Gevolg afschaffing VAR
De zekerheid die de VAR bood is weggevallen en opdrachtgevers lopen nu meer risico. Arbeidsrelaties kunnen namelijk sneller in twijfel worden getrokken door de belastingdienst en als dienstbetrekking worden aangemerkt. Vooral partijen die in het verleden mogelijk al ten onrechte gebruik gemaakt hebben van de VAR, omdat er in feite sprake was van een dienstbetrekking, hebben nu een probleem. Zij kunnen niet meer blijven werken op dezelfde manier als zij altijd hebben gedaan. Als opdrachtgever moet je de arbeidsrechtelijke en risico’s bij het inzetten van zzp’ers dus zo goed mogelijk inschatten en maatregelen nemen om deze te verminderen.

En de Wet DBA komt met modelovereenkomsten …..

Een van die maatregelen om de risico’s te verminderen is een door de belastingdienst goedgekeurde modelovereenkomst. Als de belastingdienst namelijk een overeenkomst goedkeurt staat in beginsel vast dat de arbeidsverhouding géén dienstbetrekking in de zin van de Wet LB is. Overeenkomsten die door de belastingdienst beoordeeld zijn en waarvan geen sprake is van een dienstbetrekking, staan op de website van de belastingdienst Let op Met een door de belastingdienst goedgekeurde (model)overeenkomst ben je niet gevrijwaard als opdrachtgever en heb je slechts schijnzekerheid. De belastingdienst kan immer later vaststellen dat er niet gewerkt is volgens de overeenkomst en dat er dus toch sprake is van een dienstbetrekking. Bovendien kunnen de loonheffingen nog altijd in beeld komen via de fictieve dienstbetrekking. De beoordeling door de belastingdienst bindt de civiele rechter en het UWV bovendien niet. Ook al is er sprake van en goedgekeurde modelovereenkomst, dan kan de opdrachtnemer nog steeds een uitkering aanvragen, stellende dat er sprake is van een arbeidsovereenkomst of ontslagbescherming eisen.

Met alleen een door de belastingdienst goedgekeurde overeenkomst ben je er dus nog niet. Je moet ook daadwerkelijk werken en blijven werken zoals in de overeenkomst staat. Je moet de overeenkomst dus blijven monitoren. Hetgeen betekent dat je regelmatig moet controleren of iemand nog volgens de overeenkomst werkt. Let op de goedgekeurde modelovereenkomsten die op de website van de belastingdienst staan, zijn zo algemeen dat ze in de praktijk niet altijd toepasbaar zijn. Ook kloppen bepaalde artikelen civielrechtelijk niet altijd of loop je arbeidsrechtelijk risico. Dit heeft ook te maken met het feit dat de belastingdienst die contracten beoordeelt op de gevolgen voor de fiscaliteit. De burgerlijke rechter kan daar iets anders van denken. NB De staatssecretaris heeft beloofd voor de Kerst meer duidelijkheid te verschaffen over de kwestie met de nieuwe modelcontracten. Tip Werk als opdrachtgever liever met (door de belastingdienst goedgekeurde) maatwerkovereenkomsten, die zowel fiscaal als arbeidsrechtelijk geen dienstbetrekking opleveren en die aansluiten bij de praktijk in uw bedrijf. Neem daarin o.a. vrijwaringsclausules op en sluit, voor zover mogelijk, ook de fictieve dienstbetrekking uit. Let op Wacht hier niet te lang mee. Weliswaar geldt er een overgangsperiode, zodat u tot 1 mei 2017 de tijd heeft om uw werkwijze en afspraken opnieuw in te richten, maar er geldt in deze overgangsperiode wel een inspanningsverplichting om de arbeidsrelatie zodanig vorm te geven dat er geen sprake is van dienstbetrekking. Bovendien is het alleen al voor het uitsluiten van de fictieve dienstbetrekking raadzaam om de overeenkomst aan te passen!

Snijders Advocaten Checklist brengt risico’s in kaart

Een manier om de risico’s inzichtelijk te krijgen en te blijven monitoren is de door Snijders Advocaten ontwikkelde checklist. De checklist geeft inzicht in de meest voorkomende omstandigheden die bepalend kunnen zijn bij de beoordeling van de belastingdienst of er wel/niet sprake is van een echte dienstbetrekking. Deze checklist kunt u GRATIS aanvragen door een mail te sturen naar nstoffelsen@snijders-advocaten.nl. Ook kunt u gebruik maken van de uitgebreide scan die wij aanbieden voor €195,- exclusief BTW.

Meer informatie/advies

Wilt u meer weten over de Wet DBA of wilt u advies hoe u bijvoorbeeld de risico’s kunt wegnemen of hulp bij het ontwerpen van zorgvuldige overeenkomsten, neemt u dan vrijblijvend contact op met Lydia van den Heuvel. Te bereiken op telefoonnummer 073-7200200.

Vraag & antwoord

Veelgestelde vragen

Ja, dit is opgenomen in artikel 915 van de Wet franchise. Daaruit volgt dat de franchisenemer “binnen de grenzen van redelijkheid” de “nodige maatregelen” dient te treffen om te voorkomen dat hij onder invloed van onjuiste veronderstellingen overgaat tot het sluiten van de franchiseovereenkomst.

Nee, de Wet franchise kent die verplichting niet. Wel dient er een omvangrijk PID verstrekt te worden.

De Wet franchise is niet duidelijk op dit punt. Er wordt in de Wet franchise bij deze zogenaamde “multiple franchising” wel een uitzondering voor de stand-still periode gemaakt, maar niet voor het verstrekken van de PID zelf.


Lees meer

In de Wet franchise wordt dit niet specifiek benoemd. Je zou kunnen aannemen dat de fase voor verlenging niet als een voorfase kan worden beschouwd en de precontractuele informatieverplichting (waaronder het verstrekken van de PID) niet van toepassing is. De franchisenemer die al vijf jaar de betreffende locatie heeft geëxploiteerd kent de franchiseorganisatie en de kosten en opbrengsten van de exploitatie van zijn/haar vestiging.


Lees meer

Volgens de Wet Franchise moet de franchisegever alle informatie verstrekken waarvan de franchisegever moet begrijpen dat die van belang is voor de kandidaat. Aan de andere kant is het ook zo dat er ook een onderzoekplicht is van de kandidaat. Als de aspirant-franchisenemer zelf geen onderzoek doet is dat voor diens risico.


Lees meer

Nee, de wet is heel strikt in deze 4 weken en de rechtspraak gaat hier vooralsnog in mee. Dit kwam naar voren in het kort geding van de rechtbank Midden-Nederland d.d. 30 juni 2021. De rechter overwoog (onder meer) dat in artikel 7:913 en 7:914 BW besloten ligt dat er met het verstrekken van de precontractuele informatie door de franchisegever een aanbod wordt gedaan aan de beoogde franchisenemer om op basis van de bijgevoegde ontwerp franchiseovereenkomst een franchiseovereenkomst te sluiten. Het is vervolgens aan de beoogde franchisenemer om zich te beraden of hij dit wil of dat hij nog verder wil onderhandelen met de franchisegever. De franchisegever kan in deze termijn alleen maar afwachten. Het is de franchisenemer die aan zet is.

De stand-still periode duurt 4 weken. Dit is een verplichte bedenktijd voor het sluiten van de franchiseovereenkomst. Tijdens deze periode mogen er geen wijzigingen worden doorgevoerd ten nadele van de aspirant franchisenemer. Bedoeling van deze periode is dat de kandidaat alle gelegenheid heeft om alle informatie goed te bestuderen en ook om nader onderzoek te doen. Dit moet er voor zorgen dat een kandidaat goed nadenkt en in alle rust een weloverwogen beslissing kan nemen.

Dit document wordt aan het begin van de stand-still periode door de franchisegever overhandigd aan de kandidaat franchisenemer. De PID is een erg uitgebreid document. De PID bevat namelijk alle informatie bevat die tussen franchisegever en kandidaat is uitgewisseld. De franchisegever moet hier heel zorgvuldig mee omgaan. Het ontbreken van informatie kan aanleiding zijn tot claims van de franchisenemer. De PID moet alle informatie bevatten waarvan de franchisegever moet begrijpen dat die van belang kan zijn voor de aspirant franchisenemer.

Nee. Indien uw zaak op toevoegingsbasis behandeld kan worden, kunt u het beste contact opnemen met het Juridisch Loket. Zij helpen u bij het vinden van een advocaat die op deze basis werkt.

De gemiddelde werving en selectie fee in Nederland ligt tussen de 20% en 30% van het bruto jaarsalaris (inclusief vakantiegeld en overige emolumenten). De exacte hoogte is afhankelijk van de complexiteit van de zoekopdracht, de branche en de schaarste op de arbeidsmarkt.


Lees meer

Bent u op korte termijn op zoek naar juridische professionals voor een Interim opdracht of juist op basis van werving & selectie? Bij Snijders Interim bent u aan het juiste adres. Bij Snijders Interim Community zijn de beste juridische professionals uit de markt aangesloten. Of u nu op zoek bent naar een jurist, advocaat, Legal Counsel of bedrijfsjurist op junior, medior of senior level, wij staan u graag bij in uw zoektocht. Laat het ons weten en we komen graag bij u op bezoek om onze dienstverlening verder toe te lichten

Wie stelt moet bewijzen, dat is de hoofdregel van ons burgerlijk procesrecht. Maar wat nu als u een geschil heeft met een andere partij maar u uw stellingen niet (voldoende) kunt onderbouwen? U kunt dan een verzoek indienen tot het houden van een voorlopig getuigenverhoor met als doel het vergaren van extra informatie en bewijs.


Lees meer

Veel werkgevers stellen internet en e-mail aan werknemers ter beschikking. Werknemers gebruiken dat namelijk bij het verrichten van hun werkzaamheden. Soms gebruiken werknemers echter dat internet en die e-mail (tijdens werktijd) voor tal van andere activiteiten, variërend van het lezen van privé e-mail tot het bekijken van pornofilmpjes.


Lees meer

Regelmatig worden wij met de vraag geconfronteerd of een uitlener de door hem aan een ander ter beschikking gestelde werknemers, zoals uitzendkrachten of een gedetacheerde werknemers, kan verbieden om bij de inlener in dienst te treden of dat op een andere manier kan belemmeren. Wij geven antwoord.


Lees meer

Regelmatig stellen werkgevers vragen over de, sinds 1 januari 2015 geldende, aanzegverplichting. De meest gestelde vragen en de antwoorden daarop volgen hieronder.


Lees meer

Als u een geldvordering heeft op een wanbetaler, kunt u beslag laten leggen op een bankrekening. Dat kan door een advocaat te vragen om dit te doen. Alleen advocaten (en dus niet deurwaarders) mogen aan de rechtbank toestemming vragen om conservatoir beslag te leggen.


Lees meer
Lees alle FAQ's
Wij scoren gemiddeld een 8,9 op basis van 54 referenties
Wij scoren gemiddeld een 8,9 op basis van 54 referenties