073 720 02 00

Schulden na overlijden: hoe zit het?

Door Bijgewerkt op Geen categorie

Het verdelen van een erfenis is op zichzelf al een ingewikkelde aangelegenheid, maar op het moment dat er sprake is van schulden van de erflater wordt het nog vervelender. Op het moment dat er geen testament is opgesteld kan het onduidelijk zijn wie er opdraait voor de schulden na overlijden. Het is niet zo dat de erfgenaam automatisch aansprakelijk is, uitzonderingen daargelaten.

Met een ‘nalatenschap’ wordt bedoeld het totaal aan vermogen en schulden. Dikwijls is het pas na een aantal maanden duidelijk hoeveel financiële middelen er daarvan overblijven. Indien het totaalbedrag minder is dan wat er aan vermogen is nagelaten, is de erfenis negatief en derhalve een schuld.

Erfenis weigeren of (beneficiair) aanvaarden?

De vraag of u de eventuele schulden na overlijden ook daadwerkelijk dient te betalen hangt af van uw eigen keuze om de erfenis te aanvaarden of te weigeren. Indien iemand een erfenis zuiver aanvaardt zal diegene moeten meebetalen aan de schuld, zelfs als dat uit het privévermogen moet. Op het moment dat iemand de erfenis weigert te aanvaarden, weigert hij of zij ook de schuld. Beide opties zijn, zodra het besluit is genomen, definitief. Een derde optie is om de erfenis beneficiair te aanvaarden. Daartoe kan men besluiten als het voor de erfgenaam niet duidelijk is of de erfenis schulden omvat. De erfgenaam krijgt dan een termijn van drie maanden om uit te zoeken of er een schuld is. Na het verstrijken van voornoemde termijn mag de erfgenaam beslissen om de schuld te aanvaarden of te weigeren. In de meeste situaties kan het dus geen kwaad om een erfenis beneficiair te aanvaarden. De erfgenaam moet dan wel altijd drie maanden wachten op het eventueel overgebleven vermogen. Dat wachten is van groot belang. In geval de erfgenaam in de tussentijd bijvoorbeeld al inboedel heeft verkocht, kan de rechter dat zien als een zuivere aanvaarding van de erfenis. Dat heet dan een stilzwijgende aanvaarding. De erfgenaam gedraagt zich feitelijk als erfgenaam en erft derhalve tevens eventuele schulden na overlijden.

Wie voldoet de schulden na het overlijden van de erflater?

In beginsel voldoet de erfgenaam die de nalatenschap heeft aanvaard de schulden na het overlijden van de erflater. Indien een erfgenaam de nalatenschap weigert, dient de volgende in lijn een keuze te maken. In geval de kinderen ook hebben geweigerd, wordt een beroep gedaan op de kleinkinderen. Op het moment dat iedereen weigert om de nalatenschap te aanvaarden, wordt een eventuele schuld oninbaar en hebben schuldeisers niemand om het bedrag op te verhalen.

De volgorde is als volgt:

  • Echtgenoot of geregistreerd partner
  • Kinderen
  • Ouders
  • Broers en zussen
  • Grootouders
  • Overgrootouders
  • De Nederlandse Staat

Indien niemand de nalatenschap aanvaardt, is uiteindelijk de Nederlandse Staat aansprakelijk voor de schulden die de erflater nalaat na overlijden.

Schulden na het overlijden

In geval een vader of moeder komt te overlijden, gaat de nalatenschap eerst naar de echtgenoot of geregistreerd partner. Indien die er niet (meer) is gaat de nalatenschap van rechtswege naar de kinderen. Ook in het geval dat de nalatenschap een schuld is.

De schulden die een partner achterlaat, gaan van rechtswege over op de overgebleven echtgenoot. Echter, ook hiervoor geldt: op het moment dat er onbekende schulden zijn, kan daarvoor een ontheffing worden aangevraagd. Het is bijvoorbeeld mogelijk dat er online schulden zijn waarvan de partner niet op de hoogte is. Indien er minder schuld is dan vermogen, erft u een positieve nalatenschap en derhalve ook de schulden. Het is gebruikelijk dat de schulden van de overledene direct na overlijden voldaan worden.

Indien de overledene geen partner dan wel kinderen heeft zal de erfenis van rechtswege over gaan op andere familieleden. Als er sprake is van een schuld kunnen schuldeisers derhalve ook bij zussen en/of broers aankloppen, bijvoorbeeld als de ouders overleden zijn of indien laatstgenoemden de erfenis hebben geweigerd. Als uw broer of zus is komen te overlijden en u de erfenis heeft aanvaard, kunt u derhalve tevens aansprakelijk worden gehouden voor de schulden. Maar ook hier geldt: indien er schulden zijn waarmee u niet bekend kon zijn, kunt u bij de kantonrechter binnen drie maanden ontheffing aanvragen voor deze schulden na overlijden.

Kwijtschelden schulden na overlijden

De enige schuld die van rechtswege wordt kwijtgescholden bij overlijden is een studieschuld bij Dienst Uitvoerend Onderwijs (DUO). Op het moment dat de studieschuld nog niet is afgelost bij overlijden vervalt het volledige schuldbedrag.

Neem contact met ons op

Hebt u hulp nodig bij het afwikkelen van een nalatenschap? Of hebt u te maken met een negatieve nalatenschap? Schroom dan niet en neem vrijblijvend contact op met een van onze incasso advocaten. Wij denken graag met u mee.

Vraag & antwoord

Veelgestelde vragen

Ja, dit is opgenomen in artikel 915 van de Wet franchise. Daaruit volgt dat de franchisenemer “binnen de grenzen van redelijkheid” de “nodige maatregelen” dient te treffen om te voorkomen dat hij onder invloed van onjuiste veronderstellingen overgaat tot het sluiten van de franchiseovereenkomst.

Nee, de Wet franchise kent die verplichting niet. Wel dient er een omvangrijk PID verstrekt te worden.

De Wet franchise is niet duidelijk op dit punt. Er wordt in de Wet franchise bij deze zogenaamde “multiple franchising” wel een uitzondering voor de stand-still periode gemaakt, maar niet voor het verstrekken van de PID zelf.


Lees meer

In de Wet franchise wordt dit niet specifiek benoemd. Je zou kunnen aannemen dat de fase voor verlenging niet als een voorfase kan worden beschouwd en de precontractuele informatieverplichting (waaronder het verstrekken van de PID) niet van toepassing is. De franchisenemer die al vijf jaar de betreffende locatie heeft geëxploiteerd kent de franchiseorganisatie en de kosten en opbrengsten van de exploitatie van zijn/haar vestiging.


Lees meer

Volgens de Wet Franchise moet de franchisegever alle informatie verstrekken waarvan de franchisegever moet begrijpen dat die van belang is voor de kandidaat. Aan de andere kant is het ook zo dat er ook een onderzoekplicht is van de kandidaat. Als de aspirant-franchisenemer zelf geen onderzoek doet is dat voor diens risico.


Lees meer

Nee, de wet is heel strikt in deze 4 weken en de rechtspraak gaat hier vooralsnog in mee. Dit kwam naar voren in het kort geding van de rechtbank Midden-Nederland d.d. 30 juni 2021. De rechter overwoog (onder meer) dat in artikel 7:913 en 7:914 BW besloten ligt dat er met het verstrekken van de precontractuele informatie door de franchisegever een aanbod wordt gedaan aan de beoogde franchisenemer om op basis van de bijgevoegde ontwerp franchiseovereenkomst een franchiseovereenkomst te sluiten. Het is vervolgens aan de beoogde franchisenemer om zich te beraden of hij dit wil of dat hij nog verder wil onderhandelen met de franchisegever. De franchisegever kan in deze termijn alleen maar afwachten. Het is de franchisenemer die aan zet is.

De stand-still periode duurt 4 weken. Dit is een verplichte bedenktijd voor het sluiten van de franchiseovereenkomst. Tijdens deze periode mogen er geen wijzigingen worden doorgevoerd ten nadele van de aspirant franchisenemer. Bedoeling van deze periode is dat de kandidaat alle gelegenheid heeft om alle informatie goed te bestuderen en ook om nader onderzoek te doen. Dit moet er voor zorgen dat een kandidaat goed nadenkt en in alle rust een weloverwogen beslissing kan nemen.

Dit document wordt aan het begin van de stand-still periode door de franchisegever overhandigd aan de kandidaat franchisenemer. De PID is een erg uitgebreid document. De PID bevat namelijk alle informatie bevat die tussen franchisegever en kandidaat is uitgewisseld. De franchisegever moet hier heel zorgvuldig mee omgaan. Het ontbreken van informatie kan aanleiding zijn tot claims van de franchisenemer. De PID moet alle informatie bevatten waarvan de franchisegever moet begrijpen dat die van belang kan zijn voor de aspirant franchisenemer.

Nee. Indien uw zaak op toevoegingsbasis behandeld kan worden, kunt u het beste contact opnemen met het Juridisch Loket. Zij helpen u bij het vinden van een advocaat die op deze basis werkt.

De gemiddelde werving en selectie fee in Nederland ligt tussen de 20% en 30% van het bruto jaarsalaris (inclusief vakantiegeld en overige emolumenten). De exacte hoogte is afhankelijk van de complexiteit van de zoekopdracht, de branche en de schaarste op de arbeidsmarkt.


Lees meer

Bent u op korte termijn op zoek naar juridische professionals voor een Interim opdracht of juist op basis van werving & selectie? Bij Snijders Interim bent u aan het juiste adres. Bij Snijders Interim Community zijn de beste juridische professionals uit de markt aangesloten. Of u nu op zoek bent naar een jurist, advocaat, Legal Counsel of bedrijfsjurist op junior, medior of senior level, wij staan u graag bij in uw zoektocht. Laat het ons weten en we komen graag bij u op bezoek om onze dienstverlening verder toe te lichten

Wie stelt moet bewijzen, dat is de hoofdregel van ons burgerlijk procesrecht. Maar wat nu als u een geschil heeft met een andere partij maar u uw stellingen niet (voldoende) kunt onderbouwen? U kunt dan een verzoek indienen tot het houden van een voorlopig getuigenverhoor met als doel het vergaren van extra informatie en bewijs.


Lees meer

Veel werkgevers stellen internet en e-mail aan werknemers ter beschikking. Werknemers gebruiken dat namelijk bij het verrichten van hun werkzaamheden. Soms gebruiken werknemers echter dat internet en die e-mail (tijdens werktijd) voor tal van andere activiteiten, variërend van het lezen van privé e-mail tot het bekijken van pornofilmpjes.


Lees meer

Regelmatig worden wij met de vraag geconfronteerd of een uitlener de door hem aan een ander ter beschikking gestelde werknemers, zoals uitzendkrachten of een gedetacheerde werknemers, kan verbieden om bij de inlener in dienst te treden of dat op een andere manier kan belemmeren. Wij geven antwoord.


Lees meer

Regelmatig stellen werkgevers vragen over de, sinds 1 januari 2015 geldende, aanzegverplichting. De meest gestelde vragen en de antwoorden daarop volgen hieronder.


Lees meer

Als u een geldvordering heeft op een wanbetaler, kunt u beslag laten leggen op een bankrekening. Dat kan door een advocaat te vragen om dit te doen. Alleen advocaten (en dus niet deurwaarders) mogen aan de rechtbank toestemming vragen om conservatoir beslag te leggen.


Lees meer
Lees alle FAQ's
Wij scoren gemiddeld een 8,9 op basis van 54 referenties
Wij scoren gemiddeld een 8,9 op basis van 54 referenties