Studiekostenbeding: wat zijn de wijzigingen en aan welke voorwaarden moet je voldoen?
De Wet Transparante en Voorspelbare Arbeidsvoorwaarden zorgt voor een wijziging in de scholingsplicht van werkgever. Werkgevers moeten zich meer inspannen voor de scholing van werknemers en de mogelijkheden voor het opnemen van een studiekostenbeding worden beperkt.
Het huidige studiekostenbeding komt veel terug in cao’s, arbeidsovereenkomsten of in een aparte studiekostenovereenkomst. De werkgever betaalt een studie of cursus voor de werknemer en wanneer de werknemer ontslag neemt, moet hij deze studiekosten terugbetalen.
De Hoge Raad heeft een aantal voorwaarden voor het terugbetalen van deze studiekosten geformuleerd, namelijk:
- Er moet een periode worden afgesproken dat de werkgever baat heeft gehad van de door scholing verworven kennis en hieraan wordt een maximale terugbetalingsperiode gekoppeld (bijvoorbeeld 3 jaar);
- De terugbetalingsverplichting moet verminderen naar evenredigheid van het voortduren van de arbeidsovereenkomst (= glijdende schaal). Een voorbeeld: het 1e jaar 100%, het 2e jaar 50% en het3e jaar 25% van de studiekosten terugbetalen.
- De financiële consequenties en terugbetalingsverplichting dienen vooraf duidelijk te zijn voor werknemer en de terugbetalingsverplichting moet worden opgenomen in een schriftelijke overeenkomst.
- De terugbetalingsverplichting mag niet in strijd zijn met wettelijke grenzen (bijv. de Wet Minimumloon)
Wat wijzigt er per 1 augustus as.?
- Als werknemer verplicht is om scholing te volgen om het werk waarvoor hij is aangenomen te kunnen blijven uitvoeren, moet de werkgever deze scholing kosteloos aanbieden;
- Deze noodzakelijke scholing dient de werknemer bovendien zoveel mogelijk tijdens werktijd te kunnen volgen en wordt aangemerkt als arbeidstijd;
- Voor werkgevers wordt de mogelijkheid om een studiekostenbeding af te spreken beperkt. Een terugbetalingsregeling studiekosten voor verplichte (verplicht op basis van de wet of cao) scholing, is nietig. Dit is dus niet meer mogelijk;
- Dit geldt overigens ook voor een studiekostenbeding voor verplichte opleidingen die reeds zijn overeengekomen vóór 1 augustus 2022. Na 1 augustus as. worden deze geacht niet te bestaan.
Kortom als werkgever dien je vanaf 1 augustus 2022 verplicht gestelde opleidingen, denk hierbij aan BHV, veiligheidscertificaten in de bouw, etc. kosteloos aan te bieden. Hiervoor mag er geen terugbetalingsregeling voor de studiekosten met de werknemer worden afgesproken.
Echter, zolang werkgever niet verplicht is een studie aan te bieden op grond van de wet of cao, denk hierbij aan een managementtraining, een specialisatieopleiding etc., blijft de ‘oude regel’ gewoon gelden. Stel in dat geval een schriftelijke studiekostenovereenkomst op waarbij een terugbetalingsperiode en een glijdende schaal worden afgesproken en licht de werknemer hierover goed in. Deze investering zal een werknemer bij vroegtijdig vertrek dus wel moeten terugbetalen conform het studiekostenbeding.
Afsluiting
Gezien de wijzigingen is het goed om te (laten) beoordelen of de bestaande studiekostenovereenkomsten nog wel juist zijn geformuleerd, hiervoor kunt u uiteraard altijd contact met ons opnemen. Nieuwsgierig naar de andere (arbeidsrechtelijke) wijzigingen per 1 augustus 2022? Lees dan ook de blogs van mijn collega’s Nina Duine, Thijs van Liempd en Hazan Senyuva.