073 720 02 00

Alles over aansprakelijkheid en het aansprakelijkheidsrecht

Door Bijgewerkt op Geen categorie

Aansprakelijkheid is voor veel mensen niet een kwestie om zich op dagelijkse basis mee bezig te houden. Toch is aansprakelijkheid wel een kwestie van dagelijkse orde.

Bedrijven weten dat ze ‘er iets mee moeten’ maar zijn zich veelal niet bewust van de wettelijke regels die gelden met betrekking tot het aansprakelijkheidsrecht, de mogelijkheden om van die wettelijke regels af te wijken en de mogelijkheden of zelfs de plicht om zich tegen eventuele aansprakelijkheid te verzekeren.

Aansprakelijkheidsrecht

Het aansprakelijkheidsrecht is één van de zwaartepunten van het civiele recht. Vele rechtszaken worden gevoerd over aansprakelijkheid en daarmee over de vraag wie aansprakelijk is voor schade. Maar wat is aansprakelijkheid dan? Aansprakelijkheid ziet op de verschuiving van de verdeling van schade. Het uitgangspunt van de wet is namelijk dat iedereen zijn eigen schade dient te dragen, tenzij iemand anders die schade dient te betalen. Het aansprakelijkheidsrecht geeft regels op grond waarvan iemand niet zelf zijn schade hoeft te dragen maar juist die ander. Die ander is dus aansprakelijk voor de schade

De algemene regels met betrekking tot het aansprakelijkheidsrecht zijn opgenomen in Boek 6 van het Burgerlijk Wetboek. Er zijn verschillende soorten van aansprakelijkheid. In de kern kan er een verdeling worden gemaakt in risicoaansprakelijkheid en schuldaansprakelijkheid.

Risicoaansprakelijkheid

Risicoaansprakelijkheid is een vorm van aansprakelijkheid waarbij iemand vanwege een bepaalde hoedanigheid of kwaliteit aansprakelijk kan zijn. Er hoeft geen sprake te zijn van schuld bij de aansprakelijke partij. Alleen vanwege de hoedanigheid van de persoon of het bedrijf is hij dus aansprakelijk. Een ouder kan vanwege diens hoedanigheid als ouder aansprakelijk zijn voor gedragingen van zijn kind dat jonger is dan veertien jaar. Als het kind schade veroorzaakt heeft, kan de partij die de schade heeft geleden de ouder van het kind voor de schade aanspreken (aansprakelijk stellen). Een ouder loopt het risico aansprakelijk te zijn voor gedragingen van zijn kind, terwijl de ouder dus geen schuld hoeft te hebben ten aanzien van gedragingen van zijn kind. Hetzelfde geldt bijvoorbeeld ook voor bezitters van een dier, bezitters van een opstal en eigenaren van een (gebrekkige) zaak. Tot slot is een veelvoorkomende vorm van risicoaansprakelijkheid de aansprakelijkheid van een werkgever voor gedragingen van een werknemer die schade heeft veroorzaakt in de uitoefening van zijn werkzaamheden voor de werkgever.

Risicoaansprakelijkheid wordt vanwege de kwaliteit die de aansprakelijke partij kan bezitten, ook wel kwalitatieve aansprakelijkheid genoemd.

Schuldaansprakelijkheid

Bij schuldaansprakelijkheid zal de partij die de schade heeft geleden moeten aantonen dat er bij de partij die de schade heeft veroorzaakt, schuld aanwezig moet zijn. De aangesproken partij moet een verwijt getroffen kunnen worden. Dit in tegenstelling tot de partij die op grond van risicoaansprakelijkheid aansprakelijk kan zijn. Er kan sprake zijn van schuld wanneer iemand verwijtbaar heeft gehandeld of juist niet heeft gehandeld waar hij dat wel had moeten doen. Het is vaak afhankelijk van de omstandigheden van het geval of iemand een verwijt kan worden gemaakt. In de rechtspraak wordt vaak geredetwist over of bijvoorbeeld een moment van onoplettendheid of onhandigheid genoeg is om aansprakelijk te zijn voor de schade die daaruit is ontstaan. De meest voorkomende grondslag voor schuldaansprakelijkheid is de onrechtmatige daad waarbij de (mate van) schuld aan bod komt bij de vraag of de daad van de persoon aan hem toe te rekenen is.

In contracten wordt veelvuldig gebruik gemaakt van de mogelijkheid om bovenstaande aansprakelijkheid te beperken of zelfs volledig uit te sluiten, bijvoorbeeld door middel van een exoneratieclausule. De contractuele wederpartij bij wie schade is ontstaan, blijft dan, in afwijking van de wettelijke bepalingen, met zijn eigen schade zitten. Die partij doet er dan verstandig aan om een verzekering af te sluiten en goed na te gaan of die dekking biedt in geval van een exoneratieclausule.

Wettelijke aansprakelijkheid

Een specifieke en erg bekende vorm van aansprakelijkheid is de wettelijke aansprakelijkheid en de verplichte Wettelijke Aansprakelijkheidsverzekering (WA). Deze wettelijke aansprakelijkheid vloeit niet rechtstreeks voort uit Boek 6 van het Burgerlijk Wetboek maar uit de Wegenverkeersrecht 1994. Tegen deze vorm van aansprakelijkheid dient iedere eigenaar van een voertuig zich verplicht te verzekeren door middel van een WA-verzekering.

Het hier besproken aansprakelijkheidsrecht ziet op de civiele aansprakelijkheid en heeft dus betrekking op aansprakelijkheidskwesties tussen burgers en/of bedrijven. Er bestaat ook overheidsaansprakelijkheid die ziet op de relatie tussen de overheid en burgers en/of bedrijven en daarvoor gelden in principe andere regels uit het publiekrecht.

Advocaat aansprakelijkheidsrecht

Bent u aansprakelijk gesteld of wilt u zelf iemand aansprakelijk stellen? Hebt u vragen met betrekking tot het beperken van uw aansprakelijkheid in een overeenkomst die u wilt gaan sluiten? Neemt u dan gerust vrijblijvend contact op met Snijders Litigation en wij bespreken de mogelijkheden met u.

Vraag & antwoord

Veelgestelde vragen

Ja, dit is opgenomen in artikel 915 van de Wet franchise. Daaruit volgt dat de franchisenemer “binnen de grenzen van redelijkheid” de “nodige maatregelen” dient te treffen om te voorkomen dat hij onder invloed van onjuiste veronderstellingen overgaat tot het sluiten van de franchiseovereenkomst.

Nee, de Wet franchise kent die verplichting niet. Wel dient er een omvangrijk PID verstrekt te worden.

De Wet franchise is niet duidelijk op dit punt. Er wordt in de Wet franchise bij deze zogenaamde “multiple franchising” wel een uitzondering voor de stand-still periode gemaakt, maar niet voor het verstrekken van de PID zelf.


Lees meer

In de Wet franchise wordt dit niet specifiek benoemd. Je zou kunnen aannemen dat de fase voor verlenging niet als een voorfase kan worden beschouwd en de precontractuele informatieverplichting (waaronder het verstrekken van de PID) niet van toepassing is. De franchisenemer die al vijf jaar de betreffende locatie heeft geëxploiteerd kent de franchiseorganisatie en de kosten en opbrengsten van de exploitatie van zijn/haar vestiging.


Lees meer

Volgens de Wet Franchise moet de franchisegever alle informatie verstrekken waarvan de franchisegever moet begrijpen dat die van belang is voor de kandidaat. Aan de andere kant is het ook zo dat er ook een onderzoekplicht is van de kandidaat. Als de aspirant-franchisenemer zelf geen onderzoek doet is dat voor diens risico.


Lees meer

Nee, de wet is heel strikt in deze 4 weken en de rechtspraak gaat hier vooralsnog in mee. Dit kwam naar voren in het kort geding van de rechtbank Midden-Nederland d.d. 30 juni 2021. De rechter overwoog (onder meer) dat in artikel 7:913 en 7:914 BW besloten ligt dat er met het verstrekken van de precontractuele informatie door de franchisegever een aanbod wordt gedaan aan de beoogde franchisenemer om op basis van de bijgevoegde ontwerp franchiseovereenkomst een franchiseovereenkomst te sluiten. Het is vervolgens aan de beoogde franchisenemer om zich te beraden of hij dit wil of dat hij nog verder wil onderhandelen met de franchisegever. De franchisegever kan in deze termijn alleen maar afwachten. Het is de franchisenemer die aan zet is.

De stand-still periode duurt 4 weken. Dit is een verplichte bedenktijd voor het sluiten van de franchiseovereenkomst. Tijdens deze periode mogen er geen wijzigingen worden doorgevoerd ten nadele van de aspirant franchisenemer. Bedoeling van deze periode is dat de kandidaat alle gelegenheid heeft om alle informatie goed te bestuderen en ook om nader onderzoek te doen. Dit moet er voor zorgen dat een kandidaat goed nadenkt en in alle rust een weloverwogen beslissing kan nemen.

Dit document wordt aan het begin van de stand-still periode door de franchisegever overhandigd aan de kandidaat franchisenemer. De PID is een erg uitgebreid document. De PID bevat namelijk alle informatie bevat die tussen franchisegever en kandidaat is uitgewisseld. De franchisegever moet hier heel zorgvuldig mee omgaan. Het ontbreken van informatie kan aanleiding zijn tot claims van de franchisenemer. De PID moet alle informatie bevatten waarvan de franchisegever moet begrijpen dat die van belang kan zijn voor de aspirant franchisenemer.

Nee. Indien uw zaak op toevoegingsbasis behandeld kan worden, kunt u het beste contact opnemen met het Juridisch Loket. Zij helpen u bij het vinden van een advocaat die op deze basis werkt.

De gemiddelde werving en selectie fee in Nederland ligt tussen de 20% en 30% van het bruto jaarsalaris (inclusief vakantiegeld en overige emolumenten). De exacte hoogte is afhankelijk van de complexiteit van de zoekopdracht, de branche en de schaarste op de arbeidsmarkt.


Lees meer

Bent u op korte termijn op zoek naar juridische professionals voor een Interim opdracht of juist op basis van werving & selectie? Bij Snijders Interim bent u aan het juiste adres. Bij Snijders Interim Community zijn de beste juridische professionals uit de markt aangesloten. Of u nu op zoek bent naar een jurist, advocaat, Legal Counsel of bedrijfsjurist op junior, medior of senior level, wij staan u graag bij in uw zoektocht. Laat het ons weten en we komen graag bij u op bezoek om onze dienstverlening verder toe te lichten

Wie stelt moet bewijzen, dat is de hoofdregel van ons burgerlijk procesrecht. Maar wat nu als u een geschil heeft met een andere partij maar u uw stellingen niet (voldoende) kunt onderbouwen? U kunt dan een verzoek indienen tot het houden van een voorlopig getuigenverhoor met als doel het vergaren van extra informatie en bewijs.


Lees meer

Veel werkgevers stellen internet en e-mail aan werknemers ter beschikking. Werknemers gebruiken dat namelijk bij het verrichten van hun werkzaamheden. Soms gebruiken werknemers echter dat internet en die e-mail (tijdens werktijd) voor tal van andere activiteiten, variërend van het lezen van privé e-mail tot het bekijken van pornofilmpjes.


Lees meer

Regelmatig worden wij met de vraag geconfronteerd of een uitlener de door hem aan een ander ter beschikking gestelde werknemers, zoals uitzendkrachten of een gedetacheerde werknemers, kan verbieden om bij de inlener in dienst te treden of dat op een andere manier kan belemmeren. Wij geven antwoord.


Lees meer

Regelmatig stellen werkgevers vragen over de, sinds 1 januari 2015 geldende, aanzegverplichting. De meest gestelde vragen en de antwoorden daarop volgen hieronder.


Lees meer

Als u een geldvordering heeft op een wanbetaler, kunt u beslag laten leggen op een bankrekening. Dat kan door een advocaat te vragen om dit te doen. Alleen advocaten (en dus niet deurwaarders) mogen aan de rechtbank toestemming vragen om conservatoir beslag te leggen.


Lees meer
Lees alle FAQ's
Wij scoren gemiddeld een 8,9 op basis van 54 referenties
Wij scoren gemiddeld een 8,9 op basis van 54 referenties