073 720 02 00

Alles over comparitie

Door Gepubliceerd op 1 juli 2022 Geen categorie

Een comparitie, ook wel comparitie van partijen genoemd, is een zitting waarbij de partijen in de rechtszaal bij elkaar komen en voor de rechter verschijnen. De rechter zal aan de partijen vragen stellen over de schriftelijke stukken die door de partijen zijn ingediend.

In de meest voorkomende situatie gaat het dan om een verschijning van partijen nadat de eisende partij een dagvaarding heeft uitgebracht en de gedaagde partij daarop heeft geantwoord door middel van een conclusie van antwoord. Omdat de comparitie ook wel plaatsvindt na de conclusie van antwoord, wordt het ook wel de comparitie na antwoord genoemd.

Comparitie van partijen

De standpunten van de eiser en gedaagde zijn dus bekend bij de rechter. Die heeft de stukken kunnen bekijken. De rechter zal dan nog vragen hebben over deze standpunten. Om die reden gelast de rechter een comparitie van partijen. Tijdens deze comparitie zit de rechter tegenover beide partijen. Naast de rechter zit de griffier, die aantekeningen van de zitting maakt. De eisende partij zit meestal aan de rechterkant van de zaal (ten opzichte van de rechter dus links) en de gedaagde partij zit aan de linkerkant van de zaal (ten opzichte van de rechter dus rechts). De zitting is zo ingedeeld dat beide partijen naar de rechter antwoorden. De rechter zal immers zich moeten uitlaten over het geschil dat partijen hebben en de rechter zal de vragen aan de partijen richten. De partijen antwoorden dus ook richting de rechter. Ook maakt de rechter dan van de gelegenheid gebruik om te kijken of partijen er onderling nog uit kunnen komen. De rechter beproeft dus een schikkingsmogelijkheid.

Tijdens de comparitie van partijen zal op enig moment de rechter zijn vragen hebben gesteld en zijn er geen vragen meer. De partijen kunnen aan de vraagstelling van de rechter soms merken welke kant de zaak opgaat. Dan ontstaat er dus ruimte om alsnog een schikking te treffen. De rechter zal partijen de mogelijkheid bieden om de zitting even te schorsen. Dan gaan beide partijen letterlijk de gang op. Zij zullen de rechtszaal verlaten en de rechter en griffier blijven achter. Soms kan de rechter een zogenaamd voorlopig oordeel geven waarin de rechter over een of meerdere geschilpunten aangeeft hoe hij of zij erover denkt of waarnaartoe hij of zij neigt als er een vonnis moet komen. Daarna zullen alle partijen de rechtszaal verlaten en de advocaten van beide partijen zullen met hun cliënten overleg hebben, mede gelet op dat voorlopig oordeel. De advocaten zullen elkaar vervolgens op de gang, veelal zonder aanwezigheid van hun cliënten, opzoeken en een eventueel voorstel bespreken. Daarna gaan alle partijen weer naar binnen.

Als de partijen er op de gang zijn uitgekomen, kan deze uitkomst aan de rechter worden voorgelegd en die kan dan de schikking vastleggen in een proces-verbaal. Dat is dus geen vonnis maar wel een afspraak die daarna tussen partijen bindend geldt. Als een partij deze afspraak niet nakomt, is er sprake van wanprestatie en kan zij schadeplichtig zijn.

Als partijen er op de gang niet gezamenlijk uit zijn gekomen, dan zal de rechter aangeven dat hij of zij vonnis zal gaan wijzen (of een tussenvonnis wijzen, waarna de rechtszaak op een later moment, al dan niet schriftelijk, verdergaat). De rechter is soms nog benieuwd waarom partijen er ‘op de gang’ niet uit zijn gekomen. Het is advocaten echter op grond van de gedragsregels voor de advocatuur, niet toegestaan om over deze schikkingsonderhandelingen uit te wijden. Ook als een rechter dus aan een advocaat vraagt waarom de onderhandelingen niet tot een resultaat hebben geleid, zal een advocaat daarover moeten zwijgen. Anders kan de advocaat tuchtrechtelijk verwijtbaar handelen. De rechter sluit vervolgens de zitting en partijen kunnen de rechtszaal vervolgens verlaten.

De rechter zal wanneer de rechtszaak bij de rechtbank heeft plaatsgevonden na zes weken vonnis wijzen. Een kantonrechter doet dit na vier weken. In kort geding wijst de rechter vonnis na twee weken. In sommige gevallen kan een rechter meteen op zitting mondeling vonnis wijzen of op kortere termijn (al dan niet verkort) vonnis wijzen. Dat laatste kan bijvoorbeeld nodig zijn in kort geding, als de twee weken niet afgewacht kunnen worden. Een partij kan de rechter vragen om een verkort vonnis, of de rechter kan dit, gelet op de spoedeisendheid uit eigen beweging doen.

Vragen over een comparitie

Op deze pagina hebt u kunnen lezen hoe een comparitie van partijen er in een notendop aan toegaat. Hebt u vragen over een comparitie van partijen, neem dan contact op met de procesadvocaten van Snijders Litigation.

Vraag & antwoord

Veelgestelde vragen

Ja, dit is opgenomen in artikel 915 van de Wet franchise. Daaruit volgt dat de franchisenemer “binnen de grenzen van redelijkheid” de “nodige maatregelen” dient te treffen om te voorkomen dat hij onder invloed van onjuiste veronderstellingen overgaat tot het sluiten van de franchiseovereenkomst.

Nee, de Wet franchise kent die verplichting niet. Wel dient er een omvangrijk PID verstrekt te worden.

De Wet franchise is niet duidelijk op dit punt. Er wordt in de Wet franchise bij deze zogenaamde “multiple franchising” wel een uitzondering voor de stand-still periode gemaakt, maar niet voor het verstrekken van de PID zelf.


Lees meer

In de Wet franchise wordt dit niet specifiek benoemd. Je zou kunnen aannemen dat de fase voor verlenging niet als een voorfase kan worden beschouwd en de precontractuele informatieverplichting (waaronder het verstrekken van de PID) niet van toepassing is. De franchisenemer die al vijf jaar de betreffende locatie heeft geëxploiteerd kent de franchiseorganisatie en de kosten en opbrengsten van de exploitatie van zijn/haar vestiging.


Lees meer

Volgens de Wet Franchise moet de franchisegever alle informatie verstrekken waarvan de franchisegever moet begrijpen dat die van belang is voor de kandidaat. Aan de andere kant is het ook zo dat er ook een onderzoekplicht is van de kandidaat. Als de aspirant-franchisenemer zelf geen onderzoek doet is dat voor diens risico.


Lees meer

Nee, de wet is heel strikt in deze 4 weken en de rechtspraak gaat hier vooralsnog in mee. Dit kwam naar voren in het kort geding van de rechtbank Midden-Nederland d.d. 30 juni 2021. De rechter overwoog (onder meer) dat in artikel 7:913 en 7:914 BW besloten ligt dat er met het verstrekken van de precontractuele informatie door de franchisegever een aanbod wordt gedaan aan de beoogde franchisenemer om op basis van de bijgevoegde ontwerp franchiseovereenkomst een franchiseovereenkomst te sluiten. Het is vervolgens aan de beoogde franchisenemer om zich te beraden of hij dit wil of dat hij nog verder wil onderhandelen met de franchisegever. De franchisegever kan in deze termijn alleen maar afwachten. Het is de franchisenemer die aan zet is.

De stand-still periode duurt 4 weken. Dit is een verplichte bedenktijd voor het sluiten van de franchiseovereenkomst. Tijdens deze periode mogen er geen wijzigingen worden doorgevoerd ten nadele van de aspirant franchisenemer. Bedoeling van deze periode is dat de kandidaat alle gelegenheid heeft om alle informatie goed te bestuderen en ook om nader onderzoek te doen. Dit moet er voor zorgen dat een kandidaat goed nadenkt en in alle rust een weloverwogen beslissing kan nemen.

Dit document wordt aan het begin van de stand-still periode door de franchisegever overhandigd aan de kandidaat franchisenemer. De PID is een erg uitgebreid document. De PID bevat namelijk alle informatie bevat die tussen franchisegever en kandidaat is uitgewisseld. De franchisegever moet hier heel zorgvuldig mee omgaan. Het ontbreken van informatie kan aanleiding zijn tot claims van de franchisenemer. De PID moet alle informatie bevatten waarvan de franchisegever moet begrijpen dat die van belang kan zijn voor de aspirant franchisenemer.

Nee. Indien uw zaak op toevoegingsbasis behandeld kan worden, kunt u het beste contact opnemen met het Juridisch Loket. Zij helpen u bij het vinden van een advocaat die op deze basis werkt.

De gemiddelde werving en selectie fee in Nederland ligt tussen de 20% en 30% van het bruto jaarsalaris (inclusief vakantiegeld en overige emolumenten). De exacte hoogte is afhankelijk van de complexiteit van de zoekopdracht, de branche en de schaarste op de arbeidsmarkt.


Lees meer

Bent u op korte termijn op zoek naar juridische professionals voor een Interim opdracht of juist op basis van werving & selectie? Bij Snijders Interim bent u aan het juiste adres. Bij Snijders Interim Community zijn de beste juridische professionals uit de markt aangesloten. Of u nu op zoek bent naar een jurist, advocaat, Legal Counsel of bedrijfsjurist op junior, medior of senior level, wij staan u graag bij in uw zoektocht. Laat het ons weten en we komen graag bij u op bezoek om onze dienstverlening verder toe te lichten

Wie stelt moet bewijzen, dat is de hoofdregel van ons burgerlijk procesrecht. Maar wat nu als u een geschil heeft met een andere partij maar u uw stellingen niet (voldoende) kunt onderbouwen? U kunt dan een verzoek indienen tot het houden van een voorlopig getuigenverhoor met als doel het vergaren van extra informatie en bewijs.


Lees meer

Veel werkgevers stellen internet en e-mail aan werknemers ter beschikking. Werknemers gebruiken dat namelijk bij het verrichten van hun werkzaamheden. Soms gebruiken werknemers echter dat internet en die e-mail (tijdens werktijd) voor tal van andere activiteiten, variërend van het lezen van privé e-mail tot het bekijken van pornofilmpjes.


Lees meer

Regelmatig worden wij met de vraag geconfronteerd of een uitlener de door hem aan een ander ter beschikking gestelde werknemers, zoals uitzendkrachten of een gedetacheerde werknemers, kan verbieden om bij de inlener in dienst te treden of dat op een andere manier kan belemmeren. Wij geven antwoord.


Lees meer

Regelmatig stellen werkgevers vragen over de, sinds 1 januari 2015 geldende, aanzegverplichting. De meest gestelde vragen en de antwoorden daarop volgen hieronder.


Lees meer

Als u een geldvordering heeft op een wanbetaler, kunt u beslag laten leggen op een bankrekening. Dat kan door een advocaat te vragen om dit te doen. Alleen advocaten (en dus niet deurwaarders) mogen aan de rechtbank toestemming vragen om conservatoir beslag te leggen.


Lees meer
Lees alle FAQ's
Wij scoren gemiddeld een 8,9 op basis van 54 referenties
Wij scoren gemiddeld een 8,9 op basis van 54 referenties