073 720 02 00

Conclusie van antwoord

Door Gepubliceerd op 19 juli 2022 Geen categorie

De conclusie van antwoord is het schriftelijke document waarmee de gedaagde partij reageert op de eis van de eisende partij. De eisende partij heeft in de dagvaarding omschreven wat zijn eis is. De gedaagde partij is het daar doorgaans niet mee eens en kan dus op die eis reageren. Die reactie heet een conclusie van antwoord. De gedaagde partij doet daarin zijn kant van het verhaal.

De conclusie van antwoord moet doorgaans binnen zes weken worden genomen. De gedaagde hoeft niet alleen inhoudelijk te reageren op de eis van de eisende partij. Sommige verweren zien namelijk op het proces en niet alleen op de inhoud. Een verweer op de inhoud zou bijvoorbeeld zijn dat er, in tegenstelling tot wat de eiser in de dagvaarding heeft gesteld, geen sprake is van wanprestatie omdat de producten wel op tijd zouden zijn geleverd. Een verweer dat ziet op het proces, is bijvoorbeeld een oproeping in vrijwaring. In dat geval zal de gedaagde partij van mening zijn dat, indien hij mocht worden veroordeeld tot betaling van een geldbedrag, een andere partij die kosten zal moeten dragen (op grond van een contractuele afspraak bijvoorbeeld). De gedaagde partij zal dan die andere partij bij zijn conclusie van antwoord in vrijwaring moeten oproepen. Als hij dat later zou doen, zou de partij die in vrijwaring is opgeroepen, zelf niet meer kunnen reageren op de dagvaarding. Op die manier wordt die partij een mogelijkheid tot het voeren van verweer ontnomen, en dat is niet toegestaan.

In een conclusie van antwoord kan een gedaagde partij ook zich verweren door aan te geven dat hij een vordering op de eisende partij heeft. Die eis kan hij dan bij de conclusie van antwoord indienen en heet een eis in reconventie. In principe lopen er dan dus twee rechtszaken in een (een eis in conventie van de eisende partij, en een eis in reconventie van de gedaagde partij). De (originele) eisende partij is dan eiser in conventie, gedaagde in reconventie. De (originele) gedaagde partij is dan gedaagde in conventie en eiser in reconventie.

Conclusie van repliek en conclusie van dupliek

Nadat de gedaagde partij op de dagvaarding heeft geantwoord door middel van een conclusie van antwoord, kan de rechter bepalen dat er een tweede schriftelijke ronde wordt gehouden; repliek en dupliek. De eisende partij kan in een conclusie van repliek, reageren op de conclusie van antwoord van de gedaagde partij. De conclusie van repliek is dus een reactie op het antwoord van de gedaagde partij. Op die reactie van de eiser op het antwoord van de gedaagde partij, mag de gedaagde partij vervolgens als laatst nog reageren. De gedaagde partij reageert op de conclusie van repliek met een conclusie van dupliek. Op die manier zijn beide partijen weer even vaak schriftelijk aan het woord gekomen.

Het is overigens niet de bedoeling dat partijen zich bij repliek en dupliek laten verleiden tot het in herhaling vallen van hun eerder ingenomen standpunten. Partijen zullen zich specifiek moeten richten tot nieuwe zaken die zij aan het licht willen brengen en zullen zich moeten houden aan de instructie die de rechter heeft gegeven bij het bepalen van de ronde van repliek en dupliek. Nadat de conclusie van repliek en de conclusie van dupliek zijn genomen, kan de rechter bijvoorbeeld een comparitie van partijen gelasten. De rechter kan ook vonnis wijzen als hij van mening is dat hij door middel van de vier processtukken voldoende is geïnformeerd.

Vragen over de conclusie van antwoord

Hierboven staat kort beschreven wat een conclusie van antwoord is en wat voor processtukken nog meer daarop voortbouwen. Hebt u vragen over de conclusie van antwoord of andere processtukken, neem dan contact op met de procesadvocaten van Snijders Litigation.

Vraag & antwoord

Veelgestelde vragen

Ja, dit is opgenomen in artikel 915 van de Wet franchise. Daaruit volgt dat de franchisenemer “binnen de grenzen van redelijkheid” de “nodige maatregelen” dient te treffen om te voorkomen dat hij onder invloed van onjuiste veronderstellingen overgaat tot het sluiten van de franchiseovereenkomst.

Nee, de Wet franchise kent die verplichting niet. Wel dient er een omvangrijk PID verstrekt te worden.

De Wet franchise is niet duidelijk op dit punt. Er wordt in de Wet franchise bij deze zogenaamde “multiple franchising” wel een uitzondering voor de stand-still periode gemaakt, maar niet voor het verstrekken van de PID zelf.


Lees meer

In de Wet franchise wordt dit niet specifiek benoemd. Je zou kunnen aannemen dat de fase voor verlenging niet als een voorfase kan worden beschouwd en de precontractuele informatieverplichting (waaronder het verstrekken van de PID) niet van toepassing is. De franchisenemer die al vijf jaar de betreffende locatie heeft geëxploiteerd kent de franchiseorganisatie en de kosten en opbrengsten van de exploitatie van zijn/haar vestiging.


Lees meer

Volgens de Wet Franchise moet de franchisegever alle informatie verstrekken waarvan de franchisegever moet begrijpen dat die van belang is voor de kandidaat. Aan de andere kant is het ook zo dat er ook een onderzoekplicht is van de kandidaat. Als de aspirant-franchisenemer zelf geen onderzoek doet is dat voor diens risico.


Lees meer

Nee, de wet is heel strikt in deze 4 weken en de rechtspraak gaat hier vooralsnog in mee. Dit kwam naar voren in het kort geding van de rechtbank Midden-Nederland d.d. 30 juni 2021. De rechter overwoog (onder meer) dat in artikel 7:913 en 7:914 BW besloten ligt dat er met het verstrekken van de precontractuele informatie door de franchisegever een aanbod wordt gedaan aan de beoogde franchisenemer om op basis van de bijgevoegde ontwerp franchiseovereenkomst een franchiseovereenkomst te sluiten. Het is vervolgens aan de beoogde franchisenemer om zich te beraden of hij dit wil of dat hij nog verder wil onderhandelen met de franchisegever. De franchisegever kan in deze termijn alleen maar afwachten. Het is de franchisenemer die aan zet is.

De stand-still periode duurt 4 weken. Dit is een verplichte bedenktijd voor het sluiten van de franchiseovereenkomst. Tijdens deze periode mogen er geen wijzigingen worden doorgevoerd ten nadele van de aspirant franchisenemer. Bedoeling van deze periode is dat de kandidaat alle gelegenheid heeft om alle informatie goed te bestuderen en ook om nader onderzoek te doen. Dit moet er voor zorgen dat een kandidaat goed nadenkt en in alle rust een weloverwogen beslissing kan nemen.

Dit document wordt aan het begin van de stand-still periode door de franchisegever overhandigd aan de kandidaat franchisenemer. De PID is een erg uitgebreid document. De PID bevat namelijk alle informatie bevat die tussen franchisegever en kandidaat is uitgewisseld. De franchisegever moet hier heel zorgvuldig mee omgaan. Het ontbreken van informatie kan aanleiding zijn tot claims van de franchisenemer. De PID moet alle informatie bevatten waarvan de franchisegever moet begrijpen dat die van belang kan zijn voor de aspirant franchisenemer.

Nee. Indien uw zaak op toevoegingsbasis behandeld kan worden, kunt u het beste contact opnemen met het Juridisch Loket. Zij helpen u bij het vinden van een advocaat die op deze basis werkt.

De gemiddelde werving en selectie fee in Nederland ligt tussen de 20% en 30% van het bruto jaarsalaris (inclusief vakantiegeld en overige emolumenten). De exacte hoogte is afhankelijk van de complexiteit van de zoekopdracht, de branche en de schaarste op de arbeidsmarkt.


Lees meer

Bent u op korte termijn op zoek naar juridische professionals voor een Interim opdracht of juist op basis van werving & selectie? Bij Snijders Interim bent u aan het juiste adres. Bij Snijders Interim Community zijn de beste juridische professionals uit de markt aangesloten. Of u nu op zoek bent naar een jurist, advocaat, Legal Counsel of bedrijfsjurist op junior, medior of senior level, wij staan u graag bij in uw zoektocht. Laat het ons weten en we komen graag bij u op bezoek om onze dienstverlening verder toe te lichten

Wie stelt moet bewijzen, dat is de hoofdregel van ons burgerlijk procesrecht. Maar wat nu als u een geschil heeft met een andere partij maar u uw stellingen niet (voldoende) kunt onderbouwen? U kunt dan een verzoek indienen tot het houden van een voorlopig getuigenverhoor met als doel het vergaren van extra informatie en bewijs.


Lees meer

Veel werkgevers stellen internet en e-mail aan werknemers ter beschikking. Werknemers gebruiken dat namelijk bij het verrichten van hun werkzaamheden. Soms gebruiken werknemers echter dat internet en die e-mail (tijdens werktijd) voor tal van andere activiteiten, variërend van het lezen van privé e-mail tot het bekijken van pornofilmpjes.


Lees meer

Regelmatig worden wij met de vraag geconfronteerd of een uitlener de door hem aan een ander ter beschikking gestelde werknemers, zoals uitzendkrachten of een gedetacheerde werknemers, kan verbieden om bij de inlener in dienst te treden of dat op een andere manier kan belemmeren. Wij geven antwoord.


Lees meer

Regelmatig stellen werkgevers vragen over de, sinds 1 januari 2015 geldende, aanzegverplichting. De meest gestelde vragen en de antwoorden daarop volgen hieronder.


Lees meer

Als u een geldvordering heeft op een wanbetaler, kunt u beslag laten leggen op een bankrekening. Dat kan door een advocaat te vragen om dit te doen. Alleen advocaten (en dus niet deurwaarders) mogen aan de rechtbank toestemming vragen om conservatoir beslag te leggen.


Lees meer
Lees alle FAQ's
Wij scoren gemiddeld een 8,9 op basis van 54 referenties
Wij scoren gemiddeld een 8,9 op basis van 54 referenties