073 720 02 00

Garantie in een overnameovereenkomst (SPA) geschonden? Klaag op tijd!

Door Gepubliceerd op 23 november 2021 Geen categorie

Recent heeft de rechtbank Oost-Brabant een uitspraak gedaan in een geschil tussen een koper en verkoper, waarin koper zich op het standpunt stelde dat er sprake was van een schending van een van de afgegeven garanties (ECLI:NL:RBOBR:2021:2558).

Wat speelde er nu in deze kwestie? Gedaagde was houdster van alle aandelen in een vennootschap die een onderneming dreef op het gebied van betonboringen. Op enig moment heeft verkoper besloten om de aandelen in de vennootschap te verkopen. Ten behoeve van dat doel is een informatiememorandum opgesteld, waarin onder meer iets is opgenomen over de voorraden.

Koper was geïnteresseerd in het kopen van de aandelen van verkoper. De partijen zijn daartoe in onderhandeling getreden, waarbij aan koper ook het informatiememorandum is verstrekt. Na ondertekening van een intentieovereenkomst (LOI) is koper een due diligenceonderzoek (DDO) gestart. Tijdens dit DDO heeft koper geïnformeerd naar de voorraad van de vennootschap, waarna verkoper aan koper voorraadlijsten heeft verstrekt. Hierop was ook de voorraadwaarde opgenomen, hetgeen later ook in de overnamebalans is verwerkt.

Koper heeft vertrouwd op de juistheid van de voorraadlijsten van verkoper omdat de voorraad die zich op het bedrijfsterrein van de vennootschap bevond, voorafgaand aan de overname niet door koper kon worden geteld. Reden daarvoor was dat verkoper geen ruchtbaarheid wilde geven aan de voorgenomen overname. Koper werd daarom slechts beperkt de mogelijkheid geboden om het bedrijfspand en het bijbehorende terrein te inspecteren.

Vanwege problemen met de financiering werd de LOI ontbonden. Toen later bleek dat de financiering wel mogelijk was, is tussen eiser en gedaagde een nieuwe LOI gesloten en heeft eiser een aanvullend DDO gedaan. Uiteindelijk is tussen partijen een SPA gesloten, waarin onder meer garanties zijn opgenomen ten aanzien van de overnamebalans en de voorraad.

Na de verkoop en levering heeft koper besloten om de voorraad beter te registreren, waarna de gehele voorraad is geteld. Hieruit bleek dat de feitelijke voorraad niet klopte met de voorraad zoals opgenomen in de overnamebalans. Naar aanleiding hiervan heeft nader onderzoek plaatsgevonden, waaruit volgde dat de voorraad, zoals weergeven in de overnamebalans, te hoog was. Dit vormde een inbreuk op de door verkoper gegeven garanties. De koopprijs zou, bij een juiste voorstelling van zaken, lager zijn geweest dan uiteindelijk is overeengekomen. Koper stelt als gevolg daarvan schade te hebben geleden en stelt verkoper daarvoor aansprakelijk. Koper start vervolgens een procedure om de schade te verhalen op koper.

Verkoper voert in deze procedure als meest verstrekkend verweer dat koper haar rechten heeft verwerkt door niet op tijd te klagen ter zake de door verkoper gestelde inbreuken op de garanties. Koper heeft namelijk in de zomer van 2018 de gehele voorraad geteld en pas voor het eerst op 2 mei 2019 – en niet direct – aangegeven dat zij twijfelt aan de opgave van de voorraad zoals opgenomen op de overnamebalans. De rechtbank gaat hierin mee en oordeelt dat koper kort na het tellen van de voorraad bij verkoper had moeten klagen, althans had moeten confronteren met haar bevindingen. Door dit niet te doen, heeft koper verkoper de mogelijkheid ontnomen om de bevindingen van koper te controleren, waardoor verkoper in haar bewijspositie is geschaad. De rechtbank komt dan ook tot het oordeel dat het beroep van verkoper op schending van de klachtplicht slaagt en wijst de vorderingen van koper af.

Uit deze uitspraak volgt dat je als koper in geval van schending van een garantie tijdig dient te klagen bij verkoper, omdat je anders als koper het risico loopt dat je je rechten verwerkt.

Vraag & antwoord

Veelgestelde vragen

Ja, dit is opgenomen in artikel 915 van de Wet franchise. Daaruit volgt dat de franchisenemer “binnen de grenzen van redelijkheid” de “nodige maatregelen” dient te treffen om te voorkomen dat hij onder invloed van onjuiste veronderstellingen overgaat tot het sluiten van de franchiseovereenkomst.

Nee, de Wet franchise kent die verplichting niet. Wel dient er een omvangrijk PID verstrekt te worden.

De Wet franchise is niet duidelijk op dit punt. Er wordt in de Wet franchise bij deze zogenaamde “multiple franchising” wel een uitzondering voor de stand-still periode gemaakt, maar niet voor het verstrekken van de PID zelf.


Lees meer

In de Wet franchise wordt dit niet specifiek benoemd. Je zou kunnen aannemen dat de fase voor verlenging niet als een voorfase kan worden beschouwd en de precontractuele informatieverplichting (waaronder het verstrekken van de PID) niet van toepassing is. De franchisenemer die al vijf jaar de betreffende locatie heeft geëxploiteerd kent de franchiseorganisatie en de kosten en opbrengsten van de exploitatie van zijn/haar vestiging.


Lees meer

Volgens de Wet Franchise moet de franchisegever alle informatie verstrekken waarvan de franchisegever moet begrijpen dat die van belang is voor de kandidaat. Aan de andere kant is het ook zo dat er ook een onderzoekplicht is van de kandidaat. Als de aspirant-franchisenemer zelf geen onderzoek doet is dat voor diens risico.


Lees meer

Nee, de wet is heel strikt in deze 4 weken en de rechtspraak gaat hier vooralsnog in mee. Dit kwam naar voren in het kort geding van de rechtbank Midden-Nederland d.d. 30 juni 2021. De rechter overwoog (onder meer) dat in artikel 7:913 en 7:914 BW besloten ligt dat er met het verstrekken van de precontractuele informatie door de franchisegever een aanbod wordt gedaan aan de beoogde franchisenemer om op basis van de bijgevoegde ontwerp franchiseovereenkomst een franchiseovereenkomst te sluiten. Het is vervolgens aan de beoogde franchisenemer om zich te beraden of hij dit wil of dat hij nog verder wil onderhandelen met de franchisegever. De franchisegever kan in deze termijn alleen maar afwachten. Het is de franchisenemer die aan zet is.

De stand-still periode duurt 4 weken. Dit is een verplichte bedenktijd voor het sluiten van de franchiseovereenkomst. Tijdens deze periode mogen er geen wijzigingen worden doorgevoerd ten nadele van de aspirant franchisenemer. Bedoeling van deze periode is dat de kandidaat alle gelegenheid heeft om alle informatie goed te bestuderen en ook om nader onderzoek te doen. Dit moet er voor zorgen dat een kandidaat goed nadenkt en in alle rust een weloverwogen beslissing kan nemen.

Dit document wordt aan het begin van de stand-still periode door de franchisegever overhandigd aan de kandidaat franchisenemer. De PID is een erg uitgebreid document. De PID bevat namelijk alle informatie bevat die tussen franchisegever en kandidaat is uitgewisseld. De franchisegever moet hier heel zorgvuldig mee omgaan. Het ontbreken van informatie kan aanleiding zijn tot claims van de franchisenemer. De PID moet alle informatie bevatten waarvan de franchisegever moet begrijpen dat die van belang kan zijn voor de aspirant franchisenemer.

Nee. Indien uw zaak op toevoegingsbasis behandeld kan worden, kunt u het beste contact opnemen met het Juridisch Loket. Zij helpen u bij het vinden van een advocaat die op deze basis werkt.

De gemiddelde werving en selectie fee in Nederland ligt tussen de 20% en 30% van het bruto jaarsalaris (inclusief vakantiegeld en overige emolumenten). De exacte hoogte is afhankelijk van de complexiteit van de zoekopdracht, de branche en de schaarste op de arbeidsmarkt.


Lees meer

Bent u op korte termijn op zoek naar juridische professionals voor een Interim opdracht of juist op basis van werving & selectie? Bij Snijders Interim bent u aan het juiste adres. Bij Snijders Interim Community zijn de beste juridische professionals uit de markt aangesloten. Of u nu op zoek bent naar een jurist, advocaat, Legal Counsel of bedrijfsjurist op junior, medior of senior level, wij staan u graag bij in uw zoektocht. Laat het ons weten en we komen graag bij u op bezoek om onze dienstverlening verder toe te lichten

Wie stelt moet bewijzen, dat is de hoofdregel van ons burgerlijk procesrecht. Maar wat nu als u een geschil heeft met een andere partij maar u uw stellingen niet (voldoende) kunt onderbouwen? U kunt dan een verzoek indienen tot het houden van een voorlopig getuigenverhoor met als doel het vergaren van extra informatie en bewijs.


Lees meer

Veel werkgevers stellen internet en e-mail aan werknemers ter beschikking. Werknemers gebruiken dat namelijk bij het verrichten van hun werkzaamheden. Soms gebruiken werknemers echter dat internet en die e-mail (tijdens werktijd) voor tal van andere activiteiten, variërend van het lezen van privé e-mail tot het bekijken van pornofilmpjes.


Lees meer

Regelmatig worden wij met de vraag geconfronteerd of een uitlener de door hem aan een ander ter beschikking gestelde werknemers, zoals uitzendkrachten of een gedetacheerde werknemers, kan verbieden om bij de inlener in dienst te treden of dat op een andere manier kan belemmeren. Wij geven antwoord.


Lees meer

Regelmatig stellen werkgevers vragen over de, sinds 1 januari 2015 geldende, aanzegverplichting. De meest gestelde vragen en de antwoorden daarop volgen hieronder.


Lees meer

Als u een geldvordering heeft op een wanbetaler, kunt u beslag laten leggen op een bankrekening. Dat kan door een advocaat te vragen om dit te doen. Alleen advocaten (en dus niet deurwaarders) mogen aan de rechtbank toestemming vragen om conservatoir beslag te leggen.


Lees meer
Lees alle FAQ's
Wij scoren gemiddeld een 8,9 op basis van 54 referenties
Wij scoren gemiddeld een 8,9 op basis van 54 referenties