073 720 02 00

(Gedwongen) koop/verkoop van aandelen in een besloten vennootschap (B.V.)

Door Bijgewerkt op Geen categorie

Dagelijks worden er B.V. ’s opgericht die één of meerdere aandeelhouders hebben. Maar wat nu als de aandeelhouders (noodgedwongen) uit elkaar wensen te gaan? In dit artikel zal daar kort op worden ingegaan, waarbij een onderscheid wordt gemaakt tussen vrijwillige koop/verkoop en gedwongen koop/verkoop.

Vrijwillige koop/verkoop

Van een vrijwillige koop/verkoop is sprake indien een aandeelhouder vrijwillig zijn aandelen wenst te verkopen. De bepalingen zoals die zijn vastgelegd in de statuten van de B.V. en/of eventuele afspraken tussen de aandeelhouders zoals vastgelegd in een aandeelhoudersovereenkomst kunnen daarbij een rol spelen. Zo is in de statuten vaak een blokkeringsregeling opgenomen, welke kort gezegd inhoudt dat aandelen eerst aan de andere aandeelhouders moeten worden aangeboden alvorens ze aan een derde kunnen worden verkocht. In de aandeelhoudersovereenkomst zijn vaak bepalingen opgenomen met daarin de afspraken over hoe de aandeelhouders dienen om te gaan met een (verplichte) aanbieding van aandelen. Het is dus raadzaam om, alvorens aandelen aan te bieden, altijd eerst even goed de statuten en, indien deze er is, aandeelhoudersovereenkomst erop na te slaan.

Naast een vrijwillige koop/verkoop is er in de praktijk vaak sprake van een geschil tussen aandeelhouders op grond waarvan de aandeelhouders niet langer met elkaar door wensen te gaan. Vaak leidt dit er uiteindelijk toe dat een van de aandeelhouders de andere aandeelhouder(s) wil uitkopen, zonder dat daar een gerechtelijke procedure aan te pas komt. Helemaal vrijwillig is dit uiteraard niet, maar in de praktijk wordt het hier vaak wel onder geschaard aangezien de betrokken aandeelhouders er onderling uit zijn gekomen wat betreft de overname van aandelen.

Gedwongen koop/verkoop

Naast de afspraken die aandeelhouders eventueel onderling hebben gemaakt in een aandeelhoudersovereenkomst (zie ook hiervoor onder het kopje “vrijwillige koop/verkoop) en/of zijn vastgelegd in de statuten van de B.V. over het in bepaalde gevallen verplicht moeten aanbieden of overnemen van aandelen, biedt de wet mogelijkheden op grond waarvan een aandeelhouder kan worden gedwongen om aandelen te kopen of verkopen. Het betreft de zogenaamde geschillenregeling en uitkoopregeling.

Geschillenregeling

De geschillenregeling kent twee verschillende regelingen, namelijk de uitstotingsregeling en de uittredingsregeling. Hieronder zal kort worden ingegaan op de uitstotingsregeling en de uittredingsregeling.

Uitstotingsregeling
De uitstotingsregeling is van toepassing indien een aandeelhouder door zijn gedragingen het belang van de B.V. dusdanig schaadt dat het niet langer redelijk is dat deze aandeelhouder aandelen blijft houden in de B.V. Indien een dergelijke situatie zich voordoet, kunnen de andere aandeelhouders in het belang van de B.V. vorderen dat de betreffende aandeelhouder zijn aandelen verplicht moet verkopen. Een dergelijke vordering dient te worden ingesteld bij de civiele rechter, waarbij heeft te gelden dat deze enkel kan worden ingesteld indien één of meer aandeelhouders gezamenlijk tenminste een derde van het geplaatste kapitaal van de aandelen in hun bezit hebben. Dit blijkt in de praktijk nog weleens een struikelblok te zijn, bijvoorbeeld in het geval dat er één grote aandeelhouder is die het belang van de B.V. schaadt maar die meer dan twee derde van het geplaatste kapitaal van de aandelen in zijn bezit heeft.

Uittredingsregeling
De uittredingsregeling is van toepassing indien een aandeelhouder zodanig in zijn rechten wordt geschaad door zijn gedragingen van zijn medeaandeelhouder(s) dat in redelijkheid van de betreffende aandeelhouder niet langer kan worden verlangd dat hij aandelen blijft houden in de B.V. Een dergelijke vordering dient door de betreffende aandeelhouder te worden ingesteld bij de civiele rechter.

Uitkoopregeling

Zoals hiervoor al uiteen is gezet, bestaat er naast de geschillenregeling ook nog de uitkoopregeling. Een grote aandeelhouder die tenminste 95% van het geplaatste kapitaal van de aandelen in zijn bezit heeft kan, met behulp van de uitkoopregeling, de kleine aandeelhouders uitkopen. Overigens geldt deze regeling niet voor bijzondere aandelen. De uitkoopregeling komt bijvoorbeeld aan bod in het kader van een overnametraject.

Voor de uitkoopregeling geldt ook dat een dergelijke vordering door de betreffende aandeelhouder dient te worden ingesteld bij de civiele rechter.

Koopprijs

Zowel bij vrijwillige- als gedwongen koop/verkoop heeft vanzelfsprekend te gelden dat er een koopprijs dient te worden bepaald voor de aandelen die uiteindelijk worden overgedragen. Indien de betrokken aandeelhouders onderling overeenstemming bereiken over de te betalen prijs maakt dat het overnameproces een stuk eenvoudiger. Dit is vaak het geval bij een vrijwillige koop/verkoop. In geval van gedwongen koop/verkoop komen de aandeelhouders er vaak onderling niet uit en zal de koopprijs uiteindelijk dienen te worden bepaald door één of meerdere deskundigen.

Wilt u vrijwillig uw aandelen verkopen, wilt u een aandeelhouder uitkopen of heeft u een geschil met uw medeaandeelhouder(s) over de overname van aandelen? Dan staan wij u uiteraard graag bij. Voor meer informatie kunt u contact met ons opnemen.

Vraag & antwoord

Veelgestelde vragen

Ja, dit is opgenomen in artikel 915 van de Wet franchise. Daaruit volgt dat de franchisenemer “binnen de grenzen van redelijkheid” de “nodige maatregelen” dient te treffen om te voorkomen dat hij onder invloed van onjuiste veronderstellingen overgaat tot het sluiten van de franchiseovereenkomst.

Nee, de Wet franchise kent die verplichting niet. Wel dient er een omvangrijk PID verstrekt te worden.

De Wet franchise is niet duidelijk op dit punt. Er wordt in de Wet franchise bij deze zogenaamde “multiple franchising” wel een uitzondering voor de stand-still periode gemaakt, maar niet voor het verstrekken van de PID zelf.


Lees meer

In de Wet franchise wordt dit niet specifiek benoemd. Je zou kunnen aannemen dat de fase voor verlenging niet als een voorfase kan worden beschouwd en de precontractuele informatieverplichting (waaronder het verstrekken van de PID) niet van toepassing is. De franchisenemer die al vijf jaar de betreffende locatie heeft geëxploiteerd kent de franchiseorganisatie en de kosten en opbrengsten van de exploitatie van zijn/haar vestiging.


Lees meer

Volgens de Wet Franchise moet de franchisegever alle informatie verstrekken waarvan de franchisegever moet begrijpen dat die van belang is voor de kandidaat. Aan de andere kant is het ook zo dat er ook een onderzoekplicht is van de kandidaat. Als de aspirant-franchisenemer zelf geen onderzoek doet is dat voor diens risico.


Lees meer

Nee, de wet is heel strikt in deze 4 weken en de rechtspraak gaat hier vooralsnog in mee. Dit kwam naar voren in het kort geding van de rechtbank Midden-Nederland d.d. 30 juni 2021. De rechter overwoog (onder meer) dat in artikel 7:913 en 7:914 BW besloten ligt dat er met het verstrekken van de precontractuele informatie door de franchisegever een aanbod wordt gedaan aan de beoogde franchisenemer om op basis van de bijgevoegde ontwerp franchiseovereenkomst een franchiseovereenkomst te sluiten. Het is vervolgens aan de beoogde franchisenemer om zich te beraden of hij dit wil of dat hij nog verder wil onderhandelen met de franchisegever. De franchisegever kan in deze termijn alleen maar afwachten. Het is de franchisenemer die aan zet is.

De stand-still periode duurt 4 weken. Dit is een verplichte bedenktijd voor het sluiten van de franchiseovereenkomst. Tijdens deze periode mogen er geen wijzigingen worden doorgevoerd ten nadele van de aspirant franchisenemer. Bedoeling van deze periode is dat de kandidaat alle gelegenheid heeft om alle informatie goed te bestuderen en ook om nader onderzoek te doen. Dit moet er voor zorgen dat een kandidaat goed nadenkt en in alle rust een weloverwogen beslissing kan nemen.

Dit document wordt aan het begin van de stand-still periode door de franchisegever overhandigd aan de kandidaat franchisenemer. De PID is een erg uitgebreid document. De PID bevat namelijk alle informatie bevat die tussen franchisegever en kandidaat is uitgewisseld. De franchisegever moet hier heel zorgvuldig mee omgaan. Het ontbreken van informatie kan aanleiding zijn tot claims van de franchisenemer. De PID moet alle informatie bevatten waarvan de franchisegever moet begrijpen dat die van belang kan zijn voor de aspirant franchisenemer.

Nee. Indien uw zaak op toevoegingsbasis behandeld kan worden, kunt u het beste contact opnemen met het Juridisch Loket. Zij helpen u bij het vinden van een advocaat die op deze basis werkt.

De gemiddelde werving en selectie fee in Nederland ligt tussen de 20% en 30% van het bruto jaarsalaris (inclusief vakantiegeld en overige emolumenten). De exacte hoogte is afhankelijk van de complexiteit van de zoekopdracht, de branche en de schaarste op de arbeidsmarkt.


Lees meer

Bent u op korte termijn op zoek naar juridische professionals voor een Interim opdracht of juist op basis van werving & selectie? Bij Snijders Interim bent u aan het juiste adres. Bij Snijders Interim Community zijn de beste juridische professionals uit de markt aangesloten. Of u nu op zoek bent naar een jurist, advocaat, Legal Counsel of bedrijfsjurist op junior, medior of senior level, wij staan u graag bij in uw zoektocht. Laat het ons weten en we komen graag bij u op bezoek om onze dienstverlening verder toe te lichten

Wie stelt moet bewijzen, dat is de hoofdregel van ons burgerlijk procesrecht. Maar wat nu als u een geschil heeft met een andere partij maar u uw stellingen niet (voldoende) kunt onderbouwen? U kunt dan een verzoek indienen tot het houden van een voorlopig getuigenverhoor met als doel het vergaren van extra informatie en bewijs.


Lees meer

Veel werkgevers stellen internet en e-mail aan werknemers ter beschikking. Werknemers gebruiken dat namelijk bij het verrichten van hun werkzaamheden. Soms gebruiken werknemers echter dat internet en die e-mail (tijdens werktijd) voor tal van andere activiteiten, variërend van het lezen van privé e-mail tot het bekijken van pornofilmpjes.


Lees meer

Regelmatig worden wij met de vraag geconfronteerd of een uitlener de door hem aan een ander ter beschikking gestelde werknemers, zoals uitzendkrachten of een gedetacheerde werknemers, kan verbieden om bij de inlener in dienst te treden of dat op een andere manier kan belemmeren. Wij geven antwoord.


Lees meer

Regelmatig stellen werkgevers vragen over de, sinds 1 januari 2015 geldende, aanzegverplichting. De meest gestelde vragen en de antwoorden daarop volgen hieronder.


Lees meer

Als u een geldvordering heeft op een wanbetaler, kunt u beslag laten leggen op een bankrekening. Dat kan door een advocaat te vragen om dit te doen. Alleen advocaten (en dus niet deurwaarders) mogen aan de rechtbank toestemming vragen om conservatoir beslag te leggen.


Lees meer
Lees alle FAQ's
Wij scoren gemiddeld een 8,9 op basis van 54 referenties
Wij scoren gemiddeld een 8,9 op basis van 54 referenties