073 720 02 00

Wet Bestuur en Toezicht Rechtspersonen (WBTR)

Door Bijgewerkt op Geen categorie

Ingangsdatum

Met ingang van 1 juli 2021 is de Wet Bestuur en Toezicht Rechtspersonen in werking getreden.

Wat is het voor een nieuwe wet en waarom is deze nieuwe wet nodig?

Er hebben zich verschillende incidenten voor gedaan, waaronder financiële problemen, fraude, en ook zelfverrijking van bestuurders. Uit deze incidenten is naar voren gekomen dat er behoefte was aan een scherper toezicht op verenigingen, stichtingen, maar ook op coöperaties en onderlinge waarborgmaatschappijen en diens bestuurders. Met deze nieuwe wet, die met ingang van 1 juli 2021 in werking is getreden, wordt aan deze behoefte gehoor gegeven.

Aansluiting bij de regels voor B.V.’s en N.V.’s

Met de invoering van de WBTR is meer aansluiting gezocht bij de bestaande regels die al gelden ten aanzien van de B.V.’s en N.V.’s. Zo worden er strengere eisen gesteld aan de bestuurder(s) en aan de toezichthouder(s), bijvoorbeeld in geval van faillissement. Indien er sprake is van een onbehoorlijke taakvervulling kan een bestuurder van een stichting, van een vereniging, van een coöperatie of van een onderlinge waarborgmaatschappij nu ook hoofdelijk aansprakelijk worden gesteld voor het faillissementstekort indien aannemelijk is dat deze onbehoorlijke taakvervulling een belangrijke oorzaak is van het faillissement. Een hoofdelijke aansprakelijkheid betekent aansprakelijk in persoon en met eigen vermogen. Een vergaande consequentie.

Van een onbehoorlijke taakvervulling kan, net als bij de B.V. en de N.V., sprake zijn wanneer bijvoorbeeld de jaarrekening niet tijdig wordt gedeponeerd, de administratie niet afdoende wordt gevoerd of er verplichtingen worden aangegaan waarvan de bestuurder wist of behoorde te weten dat deze niet zouden kunnen worden nagekomen door de stichting, vereniging, coöperatie of onderlinge waarborgmaatschappij. Ook net als bij de B.V. en de N.V. gelden nu voor de stichting, de vereniging, de coöperatie en de onderlinge waarborgmaatschappij de wettelijke bewijsvermoedens. Dit betekent dat bijvoorbeeld indien de jaarcijfers niet tijdig zijn gedeponeerd wordt vermoed dat dit een belangrijke oorzaak van het faillissement is geweest.

Uitzondering

Er is een uitzondering gemaakt voor stichtingen en verenigingen die geen jaarrekening hoeven te publiceren en die niet zijn onderworpen aan de vpb (vennootschapsbelasting), kort gezegd de niet-commerciële stichtingen en verenigingen. In geval van faillissement zal de aangewezen curator niet al te gemakkelijk de bestuurder aansprakelijk stellen voor het faillissementstekort, nu voor deze niet-commerciële stichtingen en verenigingen de bewijsvermoedens niet gelden. Hoe hier in de praktijk uitvoering aan wordt gegeven moet nog worden bezien.

Impact

Al met al zijn de regels een stuk strenger geworden. Fijn in die zin dat er meer controle en zekerheid voor schuldeisers wordt gecreëerd. Anderzijds is het voor bestuurders van een stichting of vereniging (net als de coöperatie en onderlinge waarborgmaatschappij) wel een extra overweging waard alvorens aan de functie te beginnen.

Vraag & antwoord

Veelgestelde vragen

Ja, dit is opgenomen in artikel 915 van de Wet franchise. Daaruit volgt dat de franchisenemer “binnen de grenzen van redelijkheid” de “nodige maatregelen” dient te treffen om te voorkomen dat hij onder invloed van onjuiste veronderstellingen overgaat tot het sluiten van de franchiseovereenkomst.

Nee, de Wet franchise kent die verplichting niet. Wel dient er een omvangrijk PID verstrekt te worden.

De Wet franchise is niet duidelijk op dit punt. Er wordt in de Wet franchise bij deze zogenaamde “multiple franchising” wel een uitzondering voor de stand-still periode gemaakt, maar niet voor het verstrekken van de PID zelf.


Lees meer

In de Wet franchise wordt dit niet specifiek benoemd. Je zou kunnen aannemen dat de fase voor verlenging niet als een voorfase kan worden beschouwd en de precontractuele informatieverplichting (waaronder het verstrekken van de PID) niet van toepassing is. De franchisenemer die al vijf jaar de betreffende locatie heeft geëxploiteerd kent de franchiseorganisatie en de kosten en opbrengsten van de exploitatie van zijn/haar vestiging.


Lees meer

Volgens de Wet Franchise moet de franchisegever alle informatie verstrekken waarvan de franchisegever moet begrijpen dat die van belang is voor de kandidaat. Aan de andere kant is het ook zo dat er ook een onderzoekplicht is van de kandidaat. Als de aspirant-franchisenemer zelf geen onderzoek doet is dat voor diens risico.


Lees meer

Nee, de wet is heel strikt in deze 4 weken en de rechtspraak gaat hier vooralsnog in mee. Dit kwam naar voren in het kort geding van de rechtbank Midden-Nederland d.d. 30 juni 2021. De rechter overwoog (onder meer) dat in artikel 7:913 en 7:914 BW besloten ligt dat er met het verstrekken van de precontractuele informatie door de franchisegever een aanbod wordt gedaan aan de beoogde franchisenemer om op basis van de bijgevoegde ontwerp franchiseovereenkomst een franchiseovereenkomst te sluiten. Het is vervolgens aan de beoogde franchisenemer om zich te beraden of hij dit wil of dat hij nog verder wil onderhandelen met de franchisegever. De franchisegever kan in deze termijn alleen maar afwachten. Het is de franchisenemer die aan zet is.

De stand-still periode duurt 4 weken. Dit is een verplichte bedenktijd voor het sluiten van de franchiseovereenkomst. Tijdens deze periode mogen er geen wijzigingen worden doorgevoerd ten nadele van de aspirant franchisenemer. Bedoeling van deze periode is dat de kandidaat alle gelegenheid heeft om alle informatie goed te bestuderen en ook om nader onderzoek te doen. Dit moet er voor zorgen dat een kandidaat goed nadenkt en in alle rust een weloverwogen beslissing kan nemen.

Dit document wordt aan het begin van de stand-still periode door de franchisegever overhandigd aan de kandidaat franchisenemer. De PID is een erg uitgebreid document. De PID bevat namelijk alle informatie bevat die tussen franchisegever en kandidaat is uitgewisseld. De franchisegever moet hier heel zorgvuldig mee omgaan. Het ontbreken van informatie kan aanleiding zijn tot claims van de franchisenemer. De PID moet alle informatie bevatten waarvan de franchisegever moet begrijpen dat die van belang kan zijn voor de aspirant franchisenemer.

Nee. Indien uw zaak op toevoegingsbasis behandeld kan worden, kunt u het beste contact opnemen met het Juridisch Loket. Zij helpen u bij het vinden van een advocaat die op deze basis werkt.

De gemiddelde werving en selectie fee in Nederland ligt tussen de 20% en 30% van het bruto jaarsalaris (inclusief vakantiegeld en overige emolumenten). De exacte hoogte is afhankelijk van de complexiteit van de zoekopdracht, de branche en de schaarste op de arbeidsmarkt.


Lees meer

Bent u op korte termijn op zoek naar juridische professionals voor een Interim opdracht of juist op basis van werving & selectie? Bij Snijders Interim bent u aan het juiste adres. Bij Snijders Interim Community zijn de beste juridische professionals uit de markt aangesloten. Of u nu op zoek bent naar een jurist, advocaat, Legal Counsel of bedrijfsjurist op junior, medior of senior level, wij staan u graag bij in uw zoektocht. Laat het ons weten en we komen graag bij u op bezoek om onze dienstverlening verder toe te lichten

Wie stelt moet bewijzen, dat is de hoofdregel van ons burgerlijk procesrecht. Maar wat nu als u een geschil heeft met een andere partij maar u uw stellingen niet (voldoende) kunt onderbouwen? U kunt dan een verzoek indienen tot het houden van een voorlopig getuigenverhoor met als doel het vergaren van extra informatie en bewijs.


Lees meer

Veel werkgevers stellen internet en e-mail aan werknemers ter beschikking. Werknemers gebruiken dat namelijk bij het verrichten van hun werkzaamheden. Soms gebruiken werknemers echter dat internet en die e-mail (tijdens werktijd) voor tal van andere activiteiten, variërend van het lezen van privé e-mail tot het bekijken van pornofilmpjes.


Lees meer

Regelmatig worden wij met de vraag geconfronteerd of een uitlener de door hem aan een ander ter beschikking gestelde werknemers, zoals uitzendkrachten of een gedetacheerde werknemers, kan verbieden om bij de inlener in dienst te treden of dat op een andere manier kan belemmeren. Wij geven antwoord.


Lees meer

Regelmatig stellen werkgevers vragen over de, sinds 1 januari 2015 geldende, aanzegverplichting. De meest gestelde vragen en de antwoorden daarop volgen hieronder.


Lees meer

Als u een geldvordering heeft op een wanbetaler, kunt u beslag laten leggen op een bankrekening. Dat kan door een advocaat te vragen om dit te doen. Alleen advocaten (en dus niet deurwaarders) mogen aan de rechtbank toestemming vragen om conservatoir beslag te leggen.


Lees meer
Lees alle FAQ's
Wij scoren gemiddeld een 8,9 op basis van 54 referenties
Wij scoren gemiddeld een 8,9 op basis van 54 referenties