Co-ouderschap weigeren, kan dat?
Een groot deel van de ouders die ik als advocaat spreek, verkeert in de veronderstelling dat uit de wet volgt dat zij verplicht zijn tot “co-ouderschap” op het moment dat zij uit elkaar gaan. Dat is een verdeling van de zorg- en opvoedtaken waarbij de kinderen evenveel tijd bij iedere ouder doorbrengen.
Op het moment dat één van de ouders – en dat is toch vaak de moeder – liever geen (nagenoeg) gelijke verdeling wenst vast te leggen, wordt al gauw gesproken over “co-ouderschap weigeren”. Vaders stellen mij in dat verband vaak de vraag: “Mag een moeder co-ouderschap weigeren?”
Lees ook:
Co-ouderschap staat niet in de wet
Een co-ouderschap heeft geen wettelijke basis. In ons wetboek kom je deze term dus niet tegen. Dat betekent, dat je bij een rechter in beginsel niet kunt verzoeken een co-ouderschap vast te leggen. Van een verplichting tot een co-ouderschap is dus evenmin sprake.
Wél wordt in de wet gesproken over “gelijkwaardig ouderschap”. Dat wordt door ouders – en vaak door vaders – gelijkgesteld aan een co-ouderschap, maar dat is niet juist. Óf een gelijkwaardig ouderschap tussen die betreffende ouders neerkomt op een co-ouderschap, hangt – heel cliché – af van de omstandigheden.
Co-ouderschap weigeren
De verdeling van de zorg- en opvoedtaken na een scheiding vormt vaak een discussiepunt. Hoewel andersom ook voorkomt, zijn het veelal moeders die aangeven liever géén 50/50-verdeling te willen, bijvoorbeeld, omdat de vader in kwestie tijdens de relatie (ook) nooit tijd voor de kinderen had. Ook de leeftijd van de kinderen kan worden opgeworpen (“ze zijn nog zo jong, dan moeten ze toch meer bij hun moeder zijn?”). Hoewel dat niet per definitie terechte redenen zijn om géén gelijke verdeling vast te leggen, is het antwoord op de vraag “Mag een moeder co-ouderschap weigeren?” ook niet per definitie “nee”.
Zoals gezegd, bevat onze wet géén “co-ouderschapsregels”. Of tussen de betreffende ouders een verdeling van co-ouderschap moet worden vastgelegd, hangt dus van de omstandigheden af. Als een vader vasthoudt aan een 50/50-verdeling, terwijl duidelijk is dat hij er op de betreffende dagen nóóit, of zelden, is om zijn kinderen op te vangen, dan hebben de vader noch de kinderen belang bij een dergelijke regeling. Op die dagen zouden de kinderen dan immers alsnog geen contact hebben met hun vader, terwijl dat één van de ‘doelen’ is bij het maken van die verdeling tussen de ouders. Bovendien volgt uit de wet óók dat op ouders de verplichting rust hun kinderen te verzorgen en op te voeden. Dat kan natuurlijk niet als die ouder er niet is.
In een situatie als voornoemd, is het de vraag of een rechter een verdeling zal vaststellen waarbij de kinderen evenveel bij hun moeder als hun vader zijn. Overigens is de leeftijd van de kinderen in dat geval (ook) relevant. Hoe ouder de kinderen zijn, hoe zelfstandiger zij vaak zijn. In dat geval, zou men kunnen stellen dat het feit dat de vader overdag werkt, niet in de weg staat aan een gelijke verdeling van de zorg.
“Mag moeder een co-ouderschap weigeren?” is dus een vraag die niet eenvoudig te beantwoorden is. Een moeder (maar vanzelfsprekend ook een vader!) mag in ieder geval niet het gelijkwaardig ouderschap “tegenwerken”. Wát als gelijkwaardig bestempeld kan worden, zal echter per ouders verschillen.
Meer weten?
Benieuwd of in uw geval sprake is van het ten onrechte een co-ouderschap weigeren? Neem dan contact op met mr. Swinkels. Zij voorziet u graag van advies.