Het weigeren van een PCR test: verwijtbaar handelen werknemer
De laatste weken lijkt het erop dat de corona pandemie een einde nadert. En ondanks de hoge coronabesmettingen, gaan wij steeds meer terug naar het oude ‘normaal’. Toch houdt corona de rechtspraak, en zeker op het gebied van arbeidsrecht, nog steeds bezig. Op ons volgend seminar zullen wij jullie bijpraten over de laatste ontwikkelingen op dat gebied – meer informatie volgt snel – maar in dit artikel staan wij alvast stil bij een nieuwe interessante uitspraak van de rechtbank Amsterdam.
Weigeren PCR test
In deze zaak ging het om een werkgever die naschoolse opvang aanbiedt aan leerlingen van scholen. Tijdens de corona pandemie heeft de organisatie de opvang meerdere keren moeten sluiten. Nadat de naschoolse opvang weer openging, weigerde werknemer zich de laten testen op het coronavirus. Ondanks twee officiële waarschuwingen, een gesprek hierover en een non-actiefstelling (met loondoorbetaling), bleef werknemer bij haar standpunt om zich niet te laten testen. Werkgever stapt vervolgens naar de rechter en vraagt ontbinding van de arbeidsovereenkomst vanwege verwijtbaar handelen.
Oordeel rechter
Bij de beantwoording van de vraag of deze werknemer verwijtbaar handelt, zijn volgens de rechter botsende grondrechten in het geding. Vanuit werkgeverskant begrijpt de rechter dat zij maatregelen moet nemen die nopen tot het terugdringen van de coronapandemie. Anderzijds beperken deze maatregelen ook de grondrechten van werknemer, namelijk het recht op lichamelijke integriteit en eerbiediging van de persoonlijke levenssfeer.
De rechter oordeelt dat onder omstandigheden een inbreuk op een grondrecht is gerechtvaardigd, ook in de arbeidsrelatie. Volgens de rechter is het (laten) doen van een PCR-test een legitiem middel om het doel, namelijk het verminderen van de verspreiding van het coronavirus (op de werkvloer), te bereiken. Bovendien kon in dit geval niet van werkgever worden verwacht, om de werknemer (zonder te testen) iedere keer bij klachten in quarantaine te laten gaan en speelde hierbij óók een rol dat de werknemer hiervoor al twee keer was gewaarschuwd.
Lang verhaal kort: de rechter is van mening dat de werknemer verwijtbaar heeft gehandeld en dat de arbeidsovereenkomst dient te worden ontbonden, onder toekenning van een transitievergoeding.
Dus?
Een bijzondere uitspraak, aangezien inbreuk op een grondrecht niet zomaar kan. Aan de andere kant laat deze uitspraak wederom zien dat de coronapandemie kwalificeert als een uitzonderlijke situatie, waarvoor dus ook uitzonderlijke regels (kunnen) gelden. Aangezien de PCR-test nog niet uit onze maatschappij is verdwenen, is bovenstaande uitspraak nog steeds relevant voor uw organisatie.
Meer weten over dit onderwerp? Neem dan vrijblijvend contact op met één van onze arbeidsrechtspecialisten.