073 720 02 00
Nieuws

Proceskostenveroordeling in het familierecht

Gepubliceerd op 19 januari 2022 Nieuws

Procederen is kostbaar. Met een proceskostenveroordeling in de uitspraak wordt de in het gelijk gestelde partij enigszins gecompenseerd. In het familierecht is een proceskostenveroordeling echter niet gebruikelijk, terwijl particulieren – over het algemeen – minder geld beschikbaar hebben om te procederen dan ondernemingen, en de kosten meestal niet worden gedekt door een rechtsbijstandsverzekeraar. In deze blog zal ik uitleggen hoe wordt omgegaan met proceskosten in het familierecht en wanneer er tóch aanleiding kan zijn voor een proceskostenveroordeling.

Uitgangspunt familierecht: proceskosten compenseren

In familierechtelijke procedures is het uitgangspunt dat er geen proceskostenveroordeling wordt uitgesproken. In zaken tussen ex-partners wordt in het algemeen besloten tot compensatie van de kosten. Dat betekent dat iedere partij zijn of haar eigen kosten dient te dragen. De gedachte daarachter is, dat de afwikkeling van een scheiding tussen de partners vaak met vele persoonlijke en interrelationele moeilijkheden gepaard gaat. Een kostenveroordeling zou als prestigewinst kunnen worden opgevat en dat kan de verdere relatie belasten, terwijl partijen – als ouders – vaak nog met elkaar verder moeten.

Uitzondering familierecht: proceskostenveroordeling

De rechter is niet verplicht om de proceskosten te compenseren: hij kán dat doen, uit zichzelf (“ambtshalve”) of op verzoek  van (een van de) partijen. De redelijkheid en billijkheid kunnen echter meebrengen dat er toch tot een proceskostenveroordeling wordt overgegaan. Dat gebeurde tot voor kort zelden, maar recente uitspraken laten zien dat rechters steeds vaker ook in familierechtelijke procedures één van de partijen in de proceskosten veroordelen. Overigens werd er tot dusver eerder door gerechtshoven tot een proceskostenveroordeling overgegaan dan door rechtbanken.

Voorbeelden

Een reden om een partij in de proceskosten te veroordelen, kan het nodeloos voeren van een procedure zijn. Denk bijvoorbeeld aan het instellen van een hoger beroep tegen de echtscheiding (dus niet de nevenvoorzieningen, zoals alimentatie), enkel om de afwikkeling te vertragen.

Ook kan in een alimentatieprocedure een proceskostenveroordeling worden uitgesproken als de verzoeker vraagt om een verhoging van de alimentatie, terwijl hij of zij  nalaat om inzicht te verschaffen in de eigen financiële situatie. Voor de berekening van een alimentatiebedrag is immers de draagkracht en dus het inkomen (en vermogen) van beide partijen relevant. Andersom komt ook voor dat de alimentatiebetaler om een verlaging van het alimentatiebedrag verzoekt, terwijl er geen deugdelijke of te controleren  financiële gegevens worden overgelegd.

Een ander voorbeeld is, dat één van de ouders weigerachtig is om de andere ouder toestemming te geven voor een vakantie met de kinderen, waardoor die andere ouder naar de rechter moet voor vervangende toestemming. Ook die situatie kan een proceskostenveroordeling opleveren. Dat kan bijvoorbeeld zo zijn als de andere ouder niet reageert op verzoeken van de ander, of als er al vaker toestemming is geweigerd, waardoor partijen al meerdere procedures hebben gevoerd over vervangende toestemming.

Tot slot kan het misbruik maken van procesrecht leiden tot een proceskostenveroordeling. Dat is bijvoorbeeld het geval als op basis van hetzelfde feitencomplex nogmaals een geschil wordt voorgelegd aan de rechter.

Omvang proceskostenveroordeling

Als er wordt overgegaan tot een proceskostenveroordeling, is vervolgens de vraag hoe hoog die is. In de regel wordt uitgegaan van het liquidatietarief. Het bedrag wordt dan vastgesteld op basis van standaard bedragen voor bepaalde proceshandelingen. Een dergelijke proceskostenveroordeling is in de regel aanzienlijk lager dan de daadwerkelijke proceskosten. Een veroordeling in de werkelijke proceskosten komt weinig voor.

Resumé

Een proceskostenveroordeling is niet het uitgangspunt, maar in bepaalde zaken kan er wel degelijk aanleiding voor zijn. Bovendien kan het weinig kwaad om het in ieder geval te proberen, mocht daartoe enige aanleiding zijn. Vragen? Neemt gerust contact met ons op. Rianne of Jitka staan u graag te woord!

Vraag & antwoord

Veelgestelde vragen

Ja, dit is opgenomen in artikel 915 van de Wet franchise. Daaruit volgt dat de franchisenemer “binnen de grenzen van redelijkheid” de “nodige maatregelen” dient te treffen om te voorkomen dat hij onder invloed van onjuiste veronderstellingen overgaat tot het sluiten van de franchiseovereenkomst.

Nee, de Wet franchise kent die verplichting niet. Wel dient er een omvangrijk PID verstrekt te worden.

De Wet franchise is niet duidelijk op dit punt. Er wordt in de Wet franchise bij deze zogenaamde “multiple franchising” wel een uitzondering voor de stand-still periode gemaakt, maar niet voor het verstrekken van de PID zelf.


Lees meer

In de Wet franchise wordt dit niet specifiek benoemd. Je zou kunnen aannemen dat de fase voor verlenging niet als een voorfase kan worden beschouwd en de precontractuele informatieverplichting (waaronder het verstrekken van de PID) niet van toepassing is. De franchisenemer die al vijf jaar de betreffende locatie heeft geëxploiteerd kent de franchiseorganisatie en de kosten en opbrengsten van de exploitatie van zijn/haar vestiging.


Lees meer

Volgens de Wet Franchise moet de franchisegever alle informatie verstrekken waarvan de franchisegever moet begrijpen dat die van belang is voor de kandidaat. Aan de andere kant is het ook zo dat er ook een onderzoekplicht is van de kandidaat. Als de aspirant-franchisenemer zelf geen onderzoek doet is dat voor diens risico.


Lees meer

Nee, de wet is heel strikt in deze 4 weken en de rechtspraak gaat hier vooralsnog in mee. Dit kwam naar voren in het kort geding van de rechtbank Midden-Nederland d.d. 30 juni 2021. De rechter overwoog (onder meer) dat in artikel 7:913 en 7:914 BW besloten ligt dat er met het verstrekken van de precontractuele informatie door de franchisegever een aanbod wordt gedaan aan de beoogde franchisenemer om op basis van de bijgevoegde ontwerp franchiseovereenkomst een franchiseovereenkomst te sluiten. Het is vervolgens aan de beoogde franchisenemer om zich te beraden of hij dit wil of dat hij nog verder wil onderhandelen met de franchisegever. De franchisegever kan in deze termijn alleen maar afwachten. Het is de franchisenemer die aan zet is.

De stand-still periode duurt 4 weken. Dit is een verplichte bedenktijd voor het sluiten van de franchiseovereenkomst. Tijdens deze periode mogen er geen wijzigingen worden doorgevoerd ten nadele van de aspirant franchisenemer. Bedoeling van deze periode is dat de kandidaat alle gelegenheid heeft om alle informatie goed te bestuderen en ook om nader onderzoek te doen. Dit moet er voor zorgen dat een kandidaat goed nadenkt en in alle rust een weloverwogen beslissing kan nemen.

Dit document wordt aan het begin van de stand-still periode door de franchisegever overhandigd aan de kandidaat franchisenemer. De PID is een erg uitgebreid document. De PID bevat namelijk alle informatie bevat die tussen franchisegever en kandidaat is uitgewisseld. De franchisegever moet hier heel zorgvuldig mee omgaan. Het ontbreken van informatie kan aanleiding zijn tot claims van de franchisenemer. De PID moet alle informatie bevatten waarvan de franchisegever moet begrijpen dat die van belang kan zijn voor de aspirant franchisenemer.

Nee. Indien uw zaak op toevoegingsbasis behandeld kan worden, kunt u het beste contact opnemen met het Juridisch Loket. Zij helpen u bij het vinden van een advocaat die op deze basis werkt.

De gemiddelde werving en selectie fee in Nederland ligt tussen de 20% en 30% van het bruto jaarsalaris (inclusief vakantiegeld en overige emolumenten). De exacte hoogte is afhankelijk van de complexiteit van de zoekopdracht, de branche en de schaarste op de arbeidsmarkt.


Lees meer

Bent u op korte termijn op zoek naar juridische professionals voor een Interim opdracht of juist op basis van werving & selectie? Bij Snijders Interim bent u aan het juiste adres. Bij Snijders Interim Community zijn de beste juridische professionals uit de markt aangesloten. Of u nu op zoek bent naar een jurist, advocaat, Legal Counsel of bedrijfsjurist op junior, medior of senior level, wij staan u graag bij in uw zoektocht. Laat het ons weten en we komen graag bij u op bezoek om onze dienstverlening verder toe te lichten

Wie stelt moet bewijzen, dat is de hoofdregel van ons burgerlijk procesrecht. Maar wat nu als u een geschil heeft met een andere partij maar u uw stellingen niet (voldoende) kunt onderbouwen? U kunt dan een verzoek indienen tot het houden van een voorlopig getuigenverhoor met als doel het vergaren van extra informatie en bewijs.


Lees meer

Veel werkgevers stellen internet en e-mail aan werknemers ter beschikking. Werknemers gebruiken dat namelijk bij het verrichten van hun werkzaamheden. Soms gebruiken werknemers echter dat internet en die e-mail (tijdens werktijd) voor tal van andere activiteiten, variërend van het lezen van privé e-mail tot het bekijken van pornofilmpjes.


Lees meer

Regelmatig worden wij met de vraag geconfronteerd of een uitlener de door hem aan een ander ter beschikking gestelde werknemers, zoals uitzendkrachten of een gedetacheerde werknemers, kan verbieden om bij de inlener in dienst te treden of dat op een andere manier kan belemmeren. Wij geven antwoord.


Lees meer

Regelmatig stellen werkgevers vragen over de, sinds 1 januari 2015 geldende, aanzegverplichting. De meest gestelde vragen en de antwoorden daarop volgen hieronder.


Lees meer

Als u een geldvordering heeft op een wanbetaler, kunt u beslag laten leggen op een bankrekening. Dat kan door een advocaat te vragen om dit te doen. Alleen advocaten (en dus niet deurwaarders) mogen aan de rechtbank toestemming vragen om conservatoir beslag te leggen.


Lees meer
Lees alle FAQ's
Wij scoren gemiddeld een 8,9 op basis van 54 referenties
Wij scoren gemiddeld een 8,9 op basis van 54 referenties