073 720 02 00

Een wijziging van omstandigheden; en de alimentatie dan?

Bijgewerkt op Geen categorie

Er zijn meerdere gronden om een afgesproken of door de rechter vastgestelde kinder- en/of partneralimentatie te herzien. In deze blog zullen wij nader ingaan op de wijziging van alimentatie op grond van een wijziging van de omstandigheden waarvan partijen tijdens het maken van de afspraken uit zijn gegaan, dan wel waarvan de rechter ten tijde van de beslissing is uitgegaan. De omstandigheden moeten dusdanig zijn gewijzigd dat de dan geldende bijdrage niet meer voldoet aan de wettelijke maatstaven.

Een aantal voorbeelden van een relevante wijziging van omstandigheden is:

  • een (substantiële en structurele) verhoging van het inkomen (salaris, bonus, dividend, winst uit onderneming, box III inkomen etc.);
  • de geboorte van een kind uit een nieuwe relatie;
  • het wijzigen van de zorgregeling;
  • het afgelost hebben van een huwelijkse schuld.

Deze voorbeelden zullen hierna worden besproken.

Verhoging van het inkomen

Als de alimentatiebetaler of -ontvanger een hoger inkomen heeft dan ten tijde van het maken van de afspraken over alimentatie, of ten tijde van de uitspraak van de rechter, dan kán dat aanleiding zijn om de alimentatie te wijzigen. Dat is echter niet altijd het geval, want dit hangt – uiteraard – af van de omstandigheden van het geval. Als uit een herberekening volgt dat de te betalen alimentatie met € 20 per maand stijgt, zal dat niet tot een rechtens relevante wijziging leiden als er maandelijks € 800 wordt betaald. Als er maandelijks slechts € 40 wordt voldaan, dan weer wel. De bijdrage neemt dan immers met maar liefst 50% toe.

Een wijziging van de partneralimentatie is mede afhankelijk van de huwelijksgerelateerde behoefte. Stel dat die € 2.000 per maand bedraagt. Als de alimentatieontvanger € 1.750 per maand verdiende, maar nu € 2.000, dan blijft er dus geen aanvullende behoefte meer over. De alimentatieontvanger voorziet volledig in zijn/haar eigen behoefte. De alimentatieplichtige is dan geen partneralimentatie meer verschuldigd.

Als de huwelijksgerelateerde behoefte € 5.000 per maand bedraagt, de alimentatieontvanger is € 2.000 gaan verdienen en de betaler voldeed altijd € 2.000, dan heeft de inkomensverhoging geen gevolgen voor de te ontvangen partneralimentatie. De alimentatieontvanger voorziet dan immers met slechts € 2.000 in zijn/haar eigen behoefte, en er is dus nog een aanvullende behoefte van € 3.000 per maand. In dat geval is er geen sprake van een rechtens relevante wijziging van omstandigheden ter zake de partneralimentatie.

Geboorte kind uit nieuwe relatie

De geboorte van een kind uit een nieuwe relatie heeft ook gevolgen voor alle bestaande alimentatieverplichtingen. De draagkracht van de ouder dient namelijk te worden verdeeld over alle kinderen. In het kader van partneralimentatie is van belang dat kinderalimentatie vóór gaat. Hoe meer kinderen er zijn, hoe minder draagkracht er veelal over blijft voor partneralimentatie.

Wijziging zorgregeling

Als de zorgregeling wijzigt, dan kan dat ook tot gevolg hebben dat de kinderalimentatie moet worden gewijzigd. Als je een kind meer/minder gaat zien, dan voldoe je immers meer/minder kosten in natura. Dit zie je terug in de zorgkorting waarop je aanspraak kunt maken (gemiddeld één dag = 15%, twee dagen = 25% en drie of meer dagen = 35% van de behoefte van het kind). Deze zorgkorting wordt in mindering gebracht op het bedrag dat uit de draagkrachtberekening volgt (mits partijen volledig kunnen voorzien in de behoefte van het kind). Stel nu dat de behoefte van het kind € 500 bedraagt en je ziet hem/haar één dag per week. Laten we ervan uitgaan dat uit de naar rato verdeling van de draagkracht en rekening houdend met de zorgkorting een bedrag van € 200 aan kinderalimentatie volgt. Als je je kind vervolgens twee dagen per week gaat zien, dan stijgt je zorgkorting van € 75 (15% van de behoefte) naar € 125 (25% van de behoefte) en hoef je dus nog maar € 150 aan de andere ouder te betalen.

Aflossing huwelijkse schulden

Tot slot wordt bij de berekening van alimentatie in beginsel altijd rekening gehouden met de aflossing van huwelijkse schulden. Op het moment dat deze schuld(en) volledig is (zijn) afgelost of kan (kunnen) worden afgelost, ontstaat er weer meer ruimte om bij te dragen in de kosten van de kinderen of de kosten van levensonderhoud van de ex-partner.

Meer weten?

De wijziging van kinder- en/of partneralimentatie is maatwerk. Niet iedere wijziging levert een rechtens relevante wijziging op. Wil je graag een herberekening laten maken of advies hierover inwinnen, neem dan contact met ons op. Vaak is het mogelijk om in overleg afspraken te maken over een gewijzigde alimentatiebijdrage. Lukt dat niet, maar is er wel sprake van een rechtens relevante wijziging van omstandigheden, dan kan het geschil uiteraard aan de rechter worden voorgelegd.

Vraag & antwoord

Veelgestelde vragen

Ja, dit is opgenomen in artikel 915 van de Wet franchise. Daaruit volgt dat de franchisenemer “binnen de grenzen van redelijkheid” de “nodige maatregelen” dient te treffen om te voorkomen dat hij onder invloed van onjuiste veronderstellingen overgaat tot het sluiten van de franchiseovereenkomst.

Nee, de Wet franchise kent die verplichting niet. Wel dient er een omvangrijk PID verstrekt te worden.

De Wet franchise is niet duidelijk op dit punt. Er wordt in de Wet franchise bij deze zogenaamde “multiple franchising” wel een uitzondering voor de stand-still periode gemaakt, maar niet voor het verstrekken van de PID zelf.


Lees meer

In de Wet franchise wordt dit niet specifiek benoemd. Je zou kunnen aannemen dat de fase voor verlenging niet als een voorfase kan worden beschouwd en de precontractuele informatieverplichting (waaronder het verstrekken van de PID) niet van toepassing is. De franchisenemer die al vijf jaar de betreffende locatie heeft geëxploiteerd kent de franchiseorganisatie en de kosten en opbrengsten van de exploitatie van zijn/haar vestiging.


Lees meer

Volgens de Wet Franchise moet de franchisegever alle informatie verstrekken waarvan de franchisegever moet begrijpen dat die van belang is voor de kandidaat. Aan de andere kant is het ook zo dat er ook een onderzoekplicht is van de kandidaat. Als de aspirant-franchisenemer zelf geen onderzoek doet is dat voor diens risico.


Lees meer

Nee, de wet is heel strikt in deze 4 weken en de rechtspraak gaat hier vooralsnog in mee. Dit kwam naar voren in het kort geding van de rechtbank Midden-Nederland d.d. 30 juni 2021. De rechter overwoog (onder meer) dat in artikel 7:913 en 7:914 BW besloten ligt dat er met het verstrekken van de precontractuele informatie door de franchisegever een aanbod wordt gedaan aan de beoogde franchisenemer om op basis van de bijgevoegde ontwerp franchiseovereenkomst een franchiseovereenkomst te sluiten. Het is vervolgens aan de beoogde franchisenemer om zich te beraden of hij dit wil of dat hij nog verder wil onderhandelen met de franchisegever. De franchisegever kan in deze termijn alleen maar afwachten. Het is de franchisenemer die aan zet is.

De stand-still periode duurt 4 weken. Dit is een verplichte bedenktijd voor het sluiten van de franchiseovereenkomst. Tijdens deze periode mogen er geen wijzigingen worden doorgevoerd ten nadele van de aspirant franchisenemer. Bedoeling van deze periode is dat de kandidaat alle gelegenheid heeft om alle informatie goed te bestuderen en ook om nader onderzoek te doen. Dit moet er voor zorgen dat een kandidaat goed nadenkt en in alle rust een weloverwogen beslissing kan nemen.

Dit document wordt aan het begin van de stand-still periode door de franchisegever overhandigd aan de kandidaat franchisenemer. De PID is een erg uitgebreid document. De PID bevat namelijk alle informatie bevat die tussen franchisegever en kandidaat is uitgewisseld. De franchisegever moet hier heel zorgvuldig mee omgaan. Het ontbreken van informatie kan aanleiding zijn tot claims van de franchisenemer. De PID moet alle informatie bevatten waarvan de franchisegever moet begrijpen dat die van belang kan zijn voor de aspirant franchisenemer.

Nee. Indien uw zaak op toevoegingsbasis behandeld kan worden, kunt u het beste contact opnemen met het Juridisch Loket. Zij helpen u bij het vinden van een advocaat die op deze basis werkt.

De gemiddelde werving en selectie fee in Nederland ligt tussen de 20% en 30% van het bruto jaarsalaris (inclusief vakantiegeld en overige emolumenten). De exacte hoogte is afhankelijk van de complexiteit van de zoekopdracht, de branche en de schaarste op de arbeidsmarkt.


Lees meer

Bent u op korte termijn op zoek naar juridische professionals voor een Interim opdracht of juist op basis van werving & selectie? Bij Snijders Interim bent u aan het juiste adres. Bij Snijders Interim Community zijn de beste juridische professionals uit de markt aangesloten. Of u nu op zoek bent naar een jurist, advocaat, Legal Counsel of bedrijfsjurist op junior, medior of senior level, wij staan u graag bij in uw zoektocht. Laat het ons weten en we komen graag bij u op bezoek om onze dienstverlening verder toe te lichten

Wie stelt moet bewijzen, dat is de hoofdregel van ons burgerlijk procesrecht. Maar wat nu als u een geschil heeft met een andere partij maar u uw stellingen niet (voldoende) kunt onderbouwen? U kunt dan een verzoek indienen tot het houden van een voorlopig getuigenverhoor met als doel het vergaren van extra informatie en bewijs.


Lees meer

Veel werkgevers stellen internet en e-mail aan werknemers ter beschikking. Werknemers gebruiken dat namelijk bij het verrichten van hun werkzaamheden. Soms gebruiken werknemers echter dat internet en die e-mail (tijdens werktijd) voor tal van andere activiteiten, variërend van het lezen van privé e-mail tot het bekijken van pornofilmpjes.


Lees meer

Regelmatig worden wij met de vraag geconfronteerd of een uitlener de door hem aan een ander ter beschikking gestelde werknemers, zoals uitzendkrachten of een gedetacheerde werknemers, kan verbieden om bij de inlener in dienst te treden of dat op een andere manier kan belemmeren. Wij geven antwoord.


Lees meer

Regelmatig stellen werkgevers vragen over de, sinds 1 januari 2015 geldende, aanzegverplichting. De meest gestelde vragen en de antwoorden daarop volgen hieronder.


Lees meer

Als u een geldvordering heeft op een wanbetaler, kunt u beslag laten leggen op een bankrekening. Dat kan door een advocaat te vragen om dit te doen. Alleen advocaten (en dus niet deurwaarders) mogen aan de rechtbank toestemming vragen om conservatoir beslag te leggen.


Lees meer
Lees alle FAQ's
Wij scoren gemiddeld een 8,9 op basis van 54 referenties
Wij scoren gemiddeld een 8,9 op basis van 54 referenties